1217
kijkje in zijn vaderland, Nepaul, genomen, een andere grensstaat vor
dert mede onze aandacht, om zijne met betrekking tot der Britten
politiek, zeer gewichtige aardrijkskundige ligging.
Kashmir, Kaschmir of Cashmere, in het noord-westen van Britsch-
Indië gelegenis het landwaar de Brit doorheen moet, om in
Afghanistan te komen.
Ware Cashmere slechts een gewoon deel van het overheerde land,
dan zou er van dien grensstaat niets bijzonders hier te vermelden
zijn, doch Cashmere is juist een rijk, waaraan beduidend veel au
tonomie is gelaten geworden en dat er een eigen leger op nahoudt
van 27000 man met 100 stukken (1).
De bevolking bedraagt anderhalf millioen zielen en is van
Afghaanschen oorsprong.
Afghanistan is, zooals den lezer bekend zal zijn, het toekomstige
terrein van den oorlog tusschen Rusland en Engeland; daar zal het
duel, dat reeds jaren in de lucht hangt, tusschen den walvisch en den
olifant plaats vinden. De houding van den Afghaanschen Emir, die
dom Engeland en Rusland „politiek" om het hardst gechatouilleerd
wordt, generaal Komarow heeft dit nu wel een beetje bij den Af
ghaan verkorven zal alsdan een voorname factor zijn, om den wal
visch op het droge in Beloedchistan of in Hindoestan te werpen
of den olifant naar zijn stal te Merv terug te drijven.
Onze beschouwingen in dit opstel gelden intusschen slechts de
Britsch-Indische koloniën en wij moeten ons, bij de bespreking van
dit Engelsch- Russisch vraagstuk, derhalve slechts tot Cashmere be
palen, de Engelsche poort naar Afghanistan.
Terugkomende op ons vooroordeel tegen al die legioenen en ba-
risans, aan welker oprichting in een onbewaakt oogenblik la haute
permission de Monsieur le Yice-Roi gegeven is, willen wij het nu
gevraagd hebben, of in dit concreet Engelsche geval, het niet erg
gênant is, dat .de vorst van Cashmere een goed geoefend en uitste
kend bewapend leger van 27000 man en 100 of 140 kanons bezit,
eene troepenmacht., die mettertijd voor de Britten de valsleuf
zal kunnen wezen, om door de Russen geslagen te worden.
(1) Deze artilleriesterkte verschilt nog; al met die, genoemd op blz. 515, Ind. Mil,
Tijdschr. Daar spreekt men van 140 kanons.