1241 schriftelijk aan den directeur kennis te geven, met overlegging van eene verklaring van den paardenarts of veearts en den commissaris of adjunct-commissaris ter plaatse (of zoo deze niet aanwezig zijn van hem zeiven), inhoudende de ziekte, waaraan het paard gestorven is en de vermoedelijke oorzaak dier ziekte; of, als het paard is moe ten worden afgemaakt ten gevolge van beenbreuk, dat deze ontstaan is zonder opzettelijk verzuim van den eigenaar of ruiter. Is de ziekte of beenbreuk ontstaan zonder opzettelijk verzuim of toedoen des deelnemers, dan wordt de gestelde som uitbetaald op den laatsten der maand, volgende op die, waarin de aangifte is gedaan. Blijkt uit de overgelegde verklaring dat de ziekte of beenbreuk ontstaan is ten gevolge van opzettelijk verzuim des deelnemers, dan kan het bepaalde bedrag niet worden uitbetaald, dan na hierover het gevoelen van alle deelnemers gehoord te hebben. De meerder heid der stemmen beslist over de al of niet uitbetaling. Onmiddellijk na een geleden verlies en daarop gevolgde beslissing tot uitbetaling zal de gestelde som over het aantal ingeschreven paarden verdeeld worden en zal de directeur aan de deelnemers van dezen omslag kennis geven. Worden er, in ééne maand, meerdere paarden van deelnemers verloren, dan zal het eerst aangegevene op den laatsten dag der eerste, daaraanvolgende maandhet tweede aangegevene op den laatsten dag der tweede, daaraanvolgende maand worden vergoed, enz. Paarden boven de 16 jaren, door eene der opgegevene redenen verliezende, zullen de eigenaars slechts op de helft der gestelde ver goeding kunnen aanspraak maken, tenzij deze paarden minstens vijf jaren in de Maatschappij zijn ingeschreven geweest. Ieder deelgenoot betaalt jaarlijks f 0.25 per paard administratie kosten. Het op 31 December van elk jaar hiervan overschietende geld zal bij de eerstvolgende uitkeering in mindering der bijeen te brengen som gebracht worden. Een deelnemer, in gebreke blijvende zijn verschuldigde bijdragen te voldoen, zal na 14 dagen hiertoe worden aangemaand en zoo hij dan binnen 14 dagen niet betaald heeft, zal hij ophouden deelgenoot te zijn.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 626