1252
zijn kon, vestigde de generaal zijne opmerkzaamheid in vredestijd
op de jacht, moedigde die op alle wijzen aan en stelde daaraan
alleen deze beperking, dat de dienst daaronder niet mocht lijden.
De opening der jacht volgde op de kerstdagen en paaschdagen
en werd dan het geheele jaar op zondagen en dikwijls ook op andere
namiddagen na den morgendienst uitgeoefend.
De soldaten werden in afzonderlijke groepen onder commando
ingedeeld en ontvingen patronen op kosten van den Staat.
Over de vorderingen en resultaten van de jacht werd door den
opperbevelhebber steeds met belangstelling gesproken en onderhield
hij zich dikwijls met die officieren, die zich daarbij bijzonder onder
scheidden en die hij allen persoonlijk kende.
De meest gewone jacht in Turkestan is die op wilde zwijnen;
deze is bij de troepen reeds gewoonte geworden. Jachten op tijgers
zijn zeldzaam en meer toevallig, hoewel overigens onder de officieren
aldaar verscheidenen te vinden zijn, die zich op eenige tijgers als
jachtbuit kunnen beroemen.
Overigens vermeldden de dagbladen van Taschkend ongeveer een
jaar geleden, dat op 38 wersten van die stad, in het dal van Tschirtschik,
eene groote drijfjacht op de zich onrustbarend vermenigvuldigende
tijgers was gehouden, waaraan een compleet bataljon met de offi
cieren en de manschappen van andere troepenafdeelingen van Taschkend
als vrijwilligers deelnamen.
De bataljons der Turkestansche brigade, vooral het eerste, hebben
reeds sedert vele jaren op vrij groote schaal zwijnenjachten gehouden
en zijn deze aldaar goed georganiseerd.
Het eerste bataljon rust sedert 1868, van af dat het in Taschkend
garnizoen houdt, elk jaar per compagnie afdeelingen van 8 12
man voor zulke jachten uit. De liefhebberij daarvoor neemt steeds
toe, omdat het verlof om op jacht te gaan beschouwd wordt als eene
bijzondere belooning voor betoonden dienstijver, goed schieten en
goed gedrag. Jonge soldaten worden daartoe niet gekozen, doch
alleen diegenen die goed gezond zijnvoor die manschappen, die in
den loop eener jacht bewijzen geven, dat zij de daaraan verbondene
vermoeienissen niet kunnen doorstaan, worden plaatsvervangers
aangewezen.