1256
8e. Het is echter wenschelijk, dat voor de jacht op ander wild bij
elke compagnie eenige jachtgeweren voorhanden zijn, die langzamerhand
uit de eigen middelen der troepenafdeelingen kuunen worden aan
geschaft; gedeeltelijk kunnen hiertoe de oude gladloopgeweren dienen.
9e. Het is wenschelijk, mindere militairen in den eersten tijd te
helpen met het aanschaffen van kruit en lood.
10e. Het aantal verlofgangers voor de jacht zal afhangen van
plaatselijke omstandigheden en van den dienst; de bepaling hiervan
zij overgelaten aan den oumiddellijken chef; in Siberië, Turkestan, in
den Kaukasus, in noordelijk en noordoostelijk Rusland kan het aan
tal der verlofgangers betrekkelijk groot zijn; in andere streken zal
dit aantal echter gering moeten blijven.
1 le. Alles wat op de jacht betrekking heeft (namen der verlof
gangers, uitgaven, aantal en soort van het geschoten wild), moet
nauwkeurig opgeteekend worden.
12e. In aanmerking nemende het nut van de jacht voor de troe
pen, moet men de daaraan verbondene moeielijkheden en nadeelen
ook aanvaarden en niet te bekrompen zijn, wanneer bij de jagers
de schoenen wat spoediger slijten, wanneer hunne kleeding wat
meer afgedragen wordt dan bij de overige kameradenhet niet al
te streng opnemen als de lade van het geweer nu en dan een kleine
schram bekomt. Men moet er ook op rekenen, dat een enkele maal
een man door een roofdier gewond of gedood zal wordenwant
waar gehakt wordt, vallen spaanders.
Yan de medewerking der officieren zal het afhangen, of de voor
gestelde maatregelen goede uitkomsten zullen opleveren of niet.
Daar ondanks alle discussiën en ondanks het van alle zijden
aangetoonde belang, in het Kaukasisch gebied van Rusland de jacht
nog maar weinig meer -dan geduld werd, gaf de commandant van
het 2de Kaukasische armeekorps, de generaal Dshemardshidze, den
9en October van het voorgaande jaar, een order uit, waarin hij
het nut. der jacht, vooral voor de Kaukasische troepen, aantoonde.
Te gelijkertijd beval hij, uit de cantinefondsen eenige geweren voor
de manschappen aan te schaffen voor de jacht op tam wild en roof.
wild, niemand tegen zijnen wil tot jagen te commandeeren en bij de
jacht steeds particulier eigendom te eerbiedigen.