1286 plundering, moord en doodslag. Daar dit echter geen zuiver militaire zaken zijn, zal ik er niet verder op doorgaan. De invloed van den Mahdi breidt zich uit en wordt op tweeërlei wijze verkregen. Vooreerst door den voorspoed zijner wapenen en het bemach tigen van belangrijke plaatsen, zooals Khartoem en Berber. In die rich ting zijn zijne vorderingen tot nog toe zeer langzaam geweest; hij heeft bovendien na het-innemen eener stad steeds geruimen tijd stil gezetten, alvorens verder to gaan. Maar bovendien zijn zijne zendelingen rusteloos werkzaam, van de eene plaats gaan zij naar de andere; zijne overwinnin gen uitbazuinende, prediken zij den heiligen oorlog tegen de ongeloo- vige Turken, waaronder zij ons en alle Egyptische autoriteiten verstaan. Zij hitsen daardoor de gemoederen op tegen de bestaande orde van zaken en bewerken het volk zoodanig, dat dit gereed is de zijde van den Mahdi te kiezen, zoodra slechts een handvol zijner strijders verschijnt; en daartoe komt het zeker, tenzij de aanwezigheid van Engelsche of Egyptische troepen dit belet. Die zendelingen kunnen niet worden tegengehouden door een militair cordon of militaire stellingen; hun invloed kan niet onschadelijk worden gemaakt, dan door het vernietigen van de bron, waar aan zij dien ontleenen of met andere woorden, door het verslaan van den Mahdi. Op do bedoelde wijze is het geheele jSTijldal van Berber tot Han- doeb onder het gezag van den valschen profeet geraakt, ofschoon hij voor zijn persoon nog niet verder geweest is dan Omdurman. Onze ontruiming van de provincie Dongola levert haar dadelijk aan hem over en dit zal door elk inboorling beschouwd worden als een overwin ning, door hem behaald, en als een bewijs van onze minderheid en onze nederlaag. De Abaddeh's zullen er toe overgaan aanvallen te doen op de bevolking langs de Nijloevers tussehen Wady-Halfa en Assoean en steden als Esneh en Keneh zullen zoodanig in beroering raken, dat Britsche troepen noodig zullen zijn, om opstanden te voorkomen. De moreele invloed van den Mahdi zal zich in Egypte uitbreidende regeeringshandelingen daar door worden bemoeielijkt en de noodzakelijkheid zal zich doen gevoelen, om Britsche garnizoenen te leggen te Tantah, Mansoerah en andere groote steden alhier. Ook het garnizoen van Alexandrië zal moeten worden versterkt. Het is moeielijk te zeggen, welke buitengewone voor zorgsmaatregelen nog zullen blijken noodig te zijn of te gissen, hoever de invloed van den Mahdi zich over Beneden-Egypte zal uitstrekken en in hoeverre hij er in slagen zal, de bevolking tegen Christenen en vreemdelingen op te zetten. Wanneer men de vermeerdering der garni-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 671