HET SCHATTEN TAN AFSTANDEN BIJ DE INFANTERIE.
Er zijn oefeningen, waarvan we niet altijd even voldaan huiswaarts
keeren, waarvan de vruchten niet evenredig zijn aan den arbeid en
den tijd, die men er aan besteedt. Onder die oefeningen rekenen
wij het schatten van afstanden.
Het blijkt uit verschillende omstandigheden, dat men het niet eens
kan worden op welke manier die oefeningen te leiden om tot het
gewenschte doel te geraken.
Wij herinneren ons bij het Hollandsche leger in drie achtereen
volgende jaren verschillende voorschriften betreffende de wapenen en
schietoefeningen der Infanterie te hebben zien verschijnen. In het
eerste werd het onderwijs in het schatten van afstanden verplichtend
gesteld en het gebruik van de korre) aangegeven als hulpmiddel.
In het volgende zien we het gebruik van de korrel afgeschaft, terwijl
in het derde eindelijk van het schatten van afstanden in het geheel
niet gesproken wordt.
In een later voorschrift werd het weer ingevoerd.
Een en ander, zonder nog van ondervinding betreffende genoemde
oefening te kunnen spreken, deed ons toen reeds veronderstellen dat
men daarmee geen weg wist en dat men zeer wel opmerkte, dat die
oefening de gewenschte uitkomst niet had, maar dat men „pour acquit
de conscience" toch niet kon besluiten haar gansch en al uit het
voorschrift te weren.
Eenige ondervinding in dezen heeft in ons dat vermoeden gesterkt.
Wij brachten eenigen tijd door bij een bataljon waar bedoelde oefening
dikwijls, zelfs zeer dikwijls, werd gelast, zooals meer gebeurt met
oefeningen, die op papier moeten komen, maar wij hebben de zorg
er aan besteed nooit beloond gezien.
Over het algemeen vinden wij in onze reglementen al zeer weinig