1160 die er tegen kan, nog zoo goed, een weinig afgeschrikt te worden, daar in garnizoen te komen. Niemand zal het verwonderen, dat vele van die diensten onvol doende en andere maar half verricht worden. Een betere verzorging van het groot aantal zieke paarden bij dat garnizoen is alleen te verzekeren, als het Legerbestuur daar een tweeden paardenarts kon plaatsen. Al zijn bij meergenoemd Gtouv. besluit voor het garnizoen te Weltevreden twee paardenartsen aan gewezen, de toestanden zijn thans geheel gewijzigd; zoodat, na het hiervoren besprokene, tivee paardenartsen beter op hun plaats zijn te Salatiga, dan te Weltevreden. Het doet natuurlijk niets ter zake, welken rang die tweede paar denarts te Salatiga heeft, omdat een paardenarts der eerste klasse bij het Indische leger precies steeds dezelfde diensten verricht als een der derde klasse. Bij andere wapens is dat in de verschillende rangen niet zoo. Yoor Willem I en Banjoe-Biroe is ingedeeld één paardenarts der 2e of 3e klasse, die daar ook ruimschoots de handen vol heeft; vooral omdat zijne diensten zoover uiteengelegen zijn en de jonge paarden, aangekocht voor de artillerie, daarheen getransporteerd worden, welke natuurlijk hetzelfde acclimatisatie-proces moeten on dergaan als de remontepaarden der cavalerie te Salatiga. Gedu rende het grootste gedeelte van het jaar zijn dan ook de zieken stallen opgevuld met paarden, lijdende aan goedaardigen droes. De paardenarts te Banjoe-Biroe is belast met het geven van on derwijs aan het kader en is verantwoordelijk voor de behoorlijke opleiding der hoefsmeden voor het wapen der artillerie. Te Soerabaia, waar tegenwoordig eene batterij artillerie en een half eskadron cavalerie in garnizoen zijn, kan één paardenarts den vétéri- nairen dienst behoorlijk waarnemen. Dit is mede het geval te Kota-Radja. Ik heb in het begin van mijn opstel gezegd, dat de tegenwoordige formatie van het korps militaire paardenartsen totaal onvoldoende is en eene wijziging daarin, in het belang van de bereden wapens, bepaald als urgent kan aangemerkt worden. De tijd is toch niet ver meer af, dat ook te Magelang artillerie in garnizoen komt, dus een paardenarts daar eerlang geplaatst zal moeten worden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 545