103 die colonne hare frontverandering zuidwaarts maken en bleef den wal gang volgen. Ten 8 u. stuit zij op een groot aantal vluchtelingen, die ten deele worden gevangen genomen de overigen worden met geweer schoten vervolgd. De le comp. zouaven (reserve) stelt zich rechts achterwaarts van de 2e op, tracht de brug over het kanaal over te trekken, maar wordt door ontploffende mijnen tegengehouden, zoodat zij eerst ten 6 s/4 ure in den overtocht slaagt. Zij volgt toen den grooten weg naar de oostpoort van het paleis, waar zij zich met het peloton der 3e comp. vereenigt. De poort wordt bestormd, maar niets kan haar doen wijken, totdat men eindelijk een nevenuitgang vindt, waardoor men kan binnendringen. De vijand heeft de plaats reeds geheel verlaten en vlucht in westelijke richting. Ten 7 u. 40 v. m. is de citadel geheel in onze macht. De Anami- tische vlag wordt neergehaald en de Fransche geheschen. Aan de zijde der legatie was de aanval der Anamieten juist op hetzelfde uur begonnen en op dezelfde wijze geleid. Teruggeslagen nadat zij de slaapplaatsen der manschappen in brand gestoken hebben, trachten de vijanden het hotel der legatie met vuurpijlen in brand te steken, maar het gelukt hun alleen, de bijgebouwen te verbranden. Het legatiehotel wordt nu tot reduit ingerichtde schutters posteeren zich in jde ramen, de rest van de marine-infanterie wordt gebruikt voor de buitenverde diging en doet van tijd tot tijd krachtige uitvallen. Tegen het aanbre ken van den dag brengt de vijand twee stukken in batterij op korten afstand van de legatie en opent het vuur op de westzijde van dat ge bouw. Do stukken worden weldra door eene sectie marine-infanterie omgetrokken, in den rug aangevallen en vermeesterd. Hierop trekt de vijand terug en houdt het geweervuur op, maar te gelijkertijd opent het geschut van het zuidfront der citadel een levendig en welgericht vuur op het legatiehotel, dat weldra met projectielen doorboord is. Deze beschieting duurt twee uren en eindigt eerst op het oogenblik, dat de zouaven in de citadel voortrukken en de stukken in den rug aanvallen en nemen. Het getal Anamieten, dat ons aanviel, kan geschat worden op 22000, nl. 15000 in de citadel en 7000 tegenover de legatie. Onze macht be droeg in de citadel 1237 man, in de legatie 150. De opmarsch onzer troepen in de citadel begon ten 4-f u. 's morgens en ten 7 u. 40, d. i. binnen 3 uren was het succes behaald. De verliezen van den vijand zijn aanzienlijk; wij begroeven 1200 a 1500 lijken van hem.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 114