126 de vlucht was gejaagd. Van onze zijde werd genoemd officier door lanssteken zwaar en twee Amboineezen en een man van de hulp troepen licht gewond, De vijand liet vier dooden in onze handen achter. Den 18en April 's morgens vroeg rukte de majoor van Kota-radja- moendang met zijne beschikbare macht uit, liet eene bezetting op laatstgenoemde plaats achter, trok de Batang-sossak over en kwam ongeveer om 2 uur 's middags te Bontjo-alabi aan, alwaar de troepen stelling namen. Des anderen daags vroeg in den morgen ging de officier van ge zondheid der 3e klasse Gr. Gr. Sadowski langs de rivier Sossak op ongeveer uur afstand van het bivouac op de vogeljacht en werd door den vijand, die zich aan den rechteroever van de rivier schuil hield, dood geschoten. Niet lang daarna werd hij door de onzen gevonden, alhoewel het in den beginne moeielijk was hem te herkennen, daar zijn hoofd, dat reeds van den romp was gesneden, en zijn jachtgeweer door den vijand als tropeeën waren medegenomen. Den 3en Mei werd Baudoin met 30 man op verkenning uitgezonden, vergezeld van den 2eu luitenant J. T. P. Latour, ten einde eene waadbare plaats te zoeken, welke ous buiten het ge zicht van den vijand weder op den linkeroever van de Sossak zoude kunnen brengen. Twee dergelijke punten werden door hem gevonden, maar tegelijkertijd ontdekte hij, dat de vijand op den linkeroever dier rivier op ongeveer 10 minuten van de kampong Loebo-anté eene nieuwe versterking had opgeworpen. Daarop begaf zich de majoor dienzelfden dag met een gedeelte van zijne macht derwaarts, met medeneming van een drieponder. Na vooraf twee pelotons en tirailleur te hebben opgesteld, ten ein de onzen hoofdtroep te dekken en na de vijandelijke benteng met den drieponder te hebben laten beschieten, kreeg Baudoin last met de voorwacht, sterk 25 bajonetten, geassisteerd door de hoeloe- balang's van Mandaheling, de rivier over te trekken. Hij slaagde er in, om na een vrij beduidenden tegenstand, die benteng te vermeesteren en vervolgde daarna den vijand tot Loebo-anté, ten einde te trachten die kampong tegelijkertijd te nemen. De majoor, dit bemerkende, stak met zijne colonne de rivier over en snelde eveneens toe, om den

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 137