129 Van der Riet, die, zooals daareven werd vermeld, met zijne colonne achter Goenong-intan stelling had genomen, een brief van den volgenden inhoud „Spoed. „Positie voor Mahoempang 28 Juli 1838, 's middags 4^ uur. „Met leedwezen moet ik UEdG. melden, dat de kapitein Schoch „heden middag omstreeks 2 uur bij den aanval tegen de vijandelijke „kampong Mahoempang door een geweerkogel in de borst doodelijk „is getroffen; het commando der troepen heb ik voorloopig op mij „genomen en den aanval voortgezet. Niettegenstaande de hardnek kige verdediging des vijands, die ons aanhoudend met lilla- en geweer- „vuur beschoot, terwijl verscheidenen hunner ons met de klewang „op de borstwering stonden op te wachten, was ik reeds tot op eenige „passen van de vijandelijke borstwering genaderd, maar kon niet „verder voort door de zware verhakkingen en een onnoemelijk aantal „randjoes, die het voortdringen belemmerden. Tegen 4 uur was ik „verplicht den strijd op te geven. Ik verzoek UEdG. daarom zoo „spoedig mogelijk herwaarts te komen, ten einde het commando der „troepen als oudste kapitein op U te nemen, alsmede om den stand „van zaken na te gaan en zoo mogelijk versterking van 50 man mede „te brengen, daar mijn sterkte slechts 47 bajonetten, 1 hoornblazer en „30 man van de hulptroepen bedraagt en het te veronderstellen is, „dat de vijand een uitval zal doen om ons van hier te verdrijven; „doch hoe 'took zij, ik zal dit punt tot den laatsten man toe verde digen en uwe spoedige komst afwachten. „De 2e luitenant, commandant der positie voor Mahoempang. „Baudoin." Den volgenden dag (29 Juli), 's morgens omstreeks 10 uur, kwam kapitein Van der Riet met eenige versterking voor de kampong Ma hoempang. Hij achtte evenwel zijne middelen niet toereikende, om die kampong te vermeesteren en bepaalde er zich toe, om haar met grana ten uit de handmortieren te teisteren. Den 10en Augustus daaraanvolgende kwam de majoor der artillerie W. A. Hojel, die benoemd was tot commandant der noordelijke afdeeling, met versterking in het bivouac te Padang-benoengan aan, en nam het commando van den kapitein Van der Riet over. Hij trad 1886, Dl. I. 9 o o O

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 140