137 twee dagen na zijn komst aldaar met veertien dagen provoost gestraft. Ditmaal wachtte hij zich wel, over zijne straf te reclameeren. Na ommekomst van zijn straf bleef hij te Padang, in afwachting van de terugkomst van zijn bataljon. Bij Koninklijk besluit dd. 24 Februari 1842 werd Baudoin voor de derde maal eervol vermeld. In 1844 had er in de nabijheid van Padang eene beweging plaats, die alhoewel in den beginne van weinig beteekenis, later in uitgebreid heid toenam en eene expeditie derwaarts zelfs noodzakelijk maakte. Op den 14en December van dat jaar kreeg de generaal Michiels van den Inlandschen majoor Soerio Bronto, gewezen officier van het legioen van den Ali-Bassa Prawiro Dirdjo, bericht, dat er op de heilige graven van Goe-o, tegen het gebergte van het district Pau in de nabijheid van Padang gelegen, door de orang-siak (een naam die op de Westkust van Sumatra gegeven werd aan de leden van een school voor de Mahomedaansche geestelijkheid) bijeenkomsten plaats hadden. De generaal liet onmiddellijk den hoofdregent van Padang en den assistent-resident bij zich ontbieden en vroeg hun, wat het doel dier bijeenkomsten was, die hem eenigszins verdacht voorkwamen. De hoofdregent deelde den generaal mede, dat die bijeenkomsten hem bekend waren, en dat hij er den assistent-resident reeds van verwit tigd had. Deze laatste had daaraan echter geen gewicht gehecht. De generaal gelastte daarop den assistent-resident en den hoofdregent om de zaak te onderzoeken, de samenscholingen uiteen te jagen en de belhamels op te vatten. De daarvoor aangewezen politiedienaren zouden door een detachement, sterk 50 man, onder bevel van den kapitein Beijerman, worden gesteund. Bij aankomst op de bepaalde plaats hadden de orang-siak deze echter verlaten en hunne vergadering nabij de hoofdkampong Loebo-linta, waar zich eveneens heilige graven bevonden, voortgezet. Het detachement begaf zich 's avonds tegen 6 uur derwaarts. Het weder, dat in den beginne gunstig was, veranderde zeer spoe dig in stortregens, zoodat toen de kapitein Beijerman de kampong Loebo-linta aanviel, deze aanval geheel en al mislukte, omdat hij

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 148