199 lende tijden zóódanig, dat altijd een gedeelte der paarden een geheel uur in de zou staat te kijken, hetgeen voor de oogen dier paarden zeker niet goed is. Dit hangt natuurlijk van den stand der zon af'. Te Salatiga vooral is dit goed waar te nemen. Ik heb wel eens hooren beweren, dat de paarden hier moeilijker en lastiger te poetsen zijn, dau in Europa; dat zij bijten en slaan, waarop dan ook denkelijk het poetsen aan de trens gebaseerd is. Dit is eene dwaling. De paarden laten zich hier even gedwee poet sen als overal elders, en heeft men ook al enkele paarden, die wat gevoeliger en daardoor geneigd zijn te bijten of te slaan, dan heeft men het surveilleereude kader om tegen ruwe behandeling te waken, die nooit door de vingers mag gezien worden. Yan proeven nemen met het paarden poetsen zooals zij in den stal staan, behoeft geen sprake meer te zijn, aangezien door het da- gelijksch uur poetsen op die wijze voldoende bewezen is, dat het in 't geheel geen bezwaren oplevert. Behalve dit kan ik hier nog aanhalen, dat door mij indertijd proeven met een geheel eskadron hieromtrent genomen zijn. In het jaar 1879 heb ik gedurende 4 maan den, (tijdens ik, bij ontstentenis van een ritmeester, het commando over het depot-eskadron waarnam), nimmer aan de trens laten poetsen en nooit is er een cavalerist gebeten, geslagen of is er eenig ongeluk gebeurd. Zijn soms de paarden der cavalerie kwaadaardiger dan die der ar tillerie, die nooit aan de trens worden gepoetst? Zijn er enkele paarden, die bij het poetsen en zelfs onder de zachtste behandeling, voor den cavalerist gevaarlijk ziju, dan zette men die paarden links en rechts vast aan een halster, doch nooit aan eene trens, want juist zulke paarden zullen hun mond door het slaan, schudden en rukken bederven. Met een halster heeft men het paard evengoed in bedwang als met eene trenshet paard behoeft niets in den mond te hebben als het maar on schadelijk is. Met den tegenwoordig in gebruik zijnden halsband, dat slechte, onpraetische ding, kan men, het is waar, een kwaadaardig paard niet onschadelijk maken door de poetslonges alleen, en is men wel genoodzaakt de trens te gebruiken. Hadde men halsters, die bij alle legers uitstekend voldoen, dan behoefde er van het gebruik der water trens bij het poetsen ook van kwaadaardige paarden geen sprake te zijn.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 210