10
der mineurs Seibert in 1878 te Atjeh op groote schaal met succes
is toegepast.
Dat staketsel bestaat uit 3 a 4 meter hooge palen, waarvoor ook
zware bamboe kan worden gebruikt, op 2 a 3 meter afstand van
elkander geplaatst en op afstanden van 0,50 meter verbonden door
horizontaal gespannen ijzerdraad, zoo mogelijk gegalvaniseerd. Tus-
schen de ijzerdraden wordt gespleten bamboe aangebracht, zooals
die in alle paggers wordt gebruikt, met openingen, groot genoeg
om een geweer door te brengen. Zulk een staketsel vormt voor
den Inlandschen vijand een vrij lastigen hinderpaal, daar het een
moeielijk werk is er met den klewang een gat in te kappen.
9e. Op de meest geschikte punten worden tegen deze enceinte
stormvrije wachthuizen gebouwd, gedekt met een zoodanig materiaal,
dat ze niet gemakkelijk in brand kunnen worden gestokendus met
pannen of gegalvaniseerd ijzer, gewoonlijk in voldoenden voorraad in
den handel verkrijgbaar. Is dit- niet het geval, dan wordt de dek
king van enkele, onnoodige Gouvernements gebouwen genomen. De
stormvrijheid vau deze wachthuizen wordt verkregen, door ze hoog uit
den grond op 2 a 3 meter hooge palen te plaatsen. Aan de zijde
des vijands worden ze tegen geweerkogels van een dikke, planken
omwanding voorzien.
10e. De enceinte wordt buiten het Chineesche kamp bewaakt dooi
de schutterijin dat kamp door de georganiseerde Chineesche
burgerwacht. De wachtdienst wordt, zoo mogelijk, zoodanig geregeld,
dat in bedoelde wachthuizen over dag 2 en 's nacht 3 man aanwezig
zijn.
lle. Ongeveer achter het midden van ieder front wordt een daartoe
geschikte woning tot algemeen wachthuis ingericht, tot logies der
aflossing en van het gedeelte voor patrouilledienst bestemd. Voort
durend gaan patrouilles van 4 man langs de binnenenceinte.
12e. Al de straks bedoelde militaire krachten en verdedigingswerken
staan onder bevel van den militairen commandant. Op ieder front
is bovendien een officier ingedeeld als liniecommandant, om de
noodige aanwijzingen te doen en zoo noodig door de hem toege
voegde bereden ordonnansen van alle voorvallen te rapporteeren aan
den militairen commandant.
