343 maakten. Hierin kwam verbetering, toen een oorlogsschip voortdu rend ter Oostkust aanwezig was. Op de Westkust van Atjeh bleef de rust niet ongestoord. Onze versterking en de passar te Malaboeh werden voortdurend ver ontrust, en wel voornamelijk door lieden uit de bovenlanden van Malaboeh, zoomede uit Boeboen, Wailah en Ten om. Toe koe Imam Moeda, radja van Tenom Panghan, was de ziel van het verzet en verschafte aan de kwaadwilligen geld, opium cn munitie. In den regel waren bevolkingspatrouilles en de pradjoerits in staat, om de onruststokers te verdrijven, doch in het laatst van November 1882 namen de vijandelijkheden een ernstiger wending; in den nacht van 29 op 30 dier maand werden de versterkte wonin gen van den controleur en den gemachtigde van den aannemer der voeding voor de troepen door een paar honderd kwaadwilligen hevig beschoten en ten slotte bestormd. Door een welgericht geweer vuur uit de versterking werd evenwel de aanval afgeslagen8 dooden en 39 wapenen, waaronder 3 tromplaadgeweren en 4 donderbussen, bleven op het terrein achter. Yan onze zijde werden geene verliezen geleden. Ten einde de radja's van Boeboen en Tenom, die in dezen aanval de hand hadden gehad, te tuchtigen, werd in December 1882 de kuststreek van Boeboen tot Ketapan Pasir voor allen in- en uitvoer gesloten, en voorts aan de hoofden van B o e b o e n een ulti matum gesteld, inhoudende dat zij binnen een uur op Zr Ms stoomschip Makassar moesten komen, om zich omtrent hunne houding te verantwoorden. Bij niet-voldoening aan dat ultimatum zouden hunne kampongs worden getuchtigd. Daar niemand aan boord verscheen, werd den 13en December eene bevolkingspatrouille van Malaboeh, sterk 45 man met 8 hoofden en 9 gewapende politiedienaren, ontscheept, nadat de kampong en de versterkingen van den radja door de Makassar waren beschoten; onder bescherming der gewapende sloepen werd de geheele kampong in brand geschoten en verwoest. De bestraffing gold voornamelijk den radja van Tenom, die daar eene woning en een magazijn had. Eene poging, om ook de woning van den kedjoeroean van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 354