344 Bo eb oen, die met de kwaadwilligen heulde, te vernielen, moest wegens de overmacht, waarmede die woning verdedigd werd, worden opgegeven. Bij de houding, door den radja van Tenom aangenomen, moesten in de 2e helft van Januari 1883 een 12tal granaten door TI Ms oor logsschip Atjeh in zijne kampongs worden geschoten. Uit het boven medegedeelde blijkt, dat bij voortduring nog veel inspanning van de marine werd geëischt. Deze bestond, bij den aan vang van 1883, in de wateren van Atjeh uit de volgende schepen: schroefstoomschepen le kl. Atjeli en Koningin Emma der Nederlan den, schroefstoomschepen 4e kl. Palembang, Makassar, Padang, Beng- Icoelen en Madoera, raderstoomschip 2e kl. Soerabajabenevens, van de Gouvernements marine, de schroefstoomschepen Zeemeeuw en Valk, het raderstoomschip Anjer en 4 gewapende booten. Aan het einde van dit hoofdstuk moeten wij nog melding maken van de veranderingen, welke het civiel en het militair bestuur in Atjeh ondergingen. In Augustus 1882 werd de kolonel J. F. Haus, wiens inzichten omtrent den voor Atjeh te volgen weg te zeer af weken van die des Gouverneurs, zoodat, naar de meening der Regee ring van hem geene krachtige medewerking tot de uitvoering van 's Gouverneurs denkbeelden konde worden verwacht, vervangen door den kolonel C. Schilfer. Kort daarop, in December 1882, vroeg de Gouverneur A. Pruijs van der Hoe v en ontslag uit's landsdienst en werd de Heer P. F. Laging Tobias, resident van Palemban g, tot zijn opvolger aangewezen. Het bestuur werd aan dezen ambte naarden 16en Maart 1883 overgegeven door den Heer Pruijsvan der Hoeven met eene rede, waaruit wij zijne inzichten in den stand van zaken kunnen leeren kennen. Deze redevoering luidt als volgt: De eisch, erkenning van de souvereiniteit van Nederland, deed don oorlog met A tj e li ontstaan. De verdrijving en ondergang van het sultansbestuur legde ons de verplichting op, den verlaten boedel te aanvaarden. Het bewijs van overmacht was niet meer voldoende. Het kwam er thans op aan, de taak te volvoeren van een Atjehsch bestuur samen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 355