24 Daarin wordt ad II, sub 3, in 3, 4 en 5 gezegd 3. Een officier die opzettelijk verzuimt, of uitdrukkelijk weigert, de orders van degene, die boven hem gesteld zijn, naar te komen, of zich daartegen met woorden verzet, zal deswegens met cassatie gestraft worden. 4. Een onderofficier of gemeen militair, die opzettelijk verzuimt, of aan zijnen officier of onder-officier uitdrukkelijk weigert, den hem aanbevolen dienst waar te nemen, of zich daartegen met woorden verzet, zal gestraft wor den met eene gevangenis te water en te brood, voor den tijd van acht dagen, waarvan hij de vier laatste aan de eene hand en voet, in den vierden schakel zal zijn gesloten; zullende hij bovendien, de omstandigheden zulks medebrengende, met een briefje uit 's lands dienst worden ontslagen, en onbekwaam worden verklaard, om het land in den tijd van zes jaren als militair te kunnen dienen. 5. "Wanneer zulk eene opzettelijke desobedientie gebeurt in den tijd van oorlog, in eene affaire tegen den vijand, of in eene plaats, welke dadelijk belegerd of in staat van beleg gesteld is, zal de delinquant hetzij dezelve een officier, onder-officier of gemeene is, met den dood gestraft worden. Op het Reglement van 1799 volgde het Ontwerp voor een militair wetboek van 1807. Daarin leest men ad IV, sub 4, 5 en 6: 4. Een officier, die opzettelijk verzuimt of uitdrukkelijk weigert, de orders van degenen, die boven hem gesteld zijn, in dienstzaken naar te komen, of zich daartegen met woorden verzet, zal deswege met cassatie en infamie, en zelfs met den dood gestraft worden, naar exigentie van omstandigheden. 5. Zoo een onder-officier of gemeen militair opzettelijk mogt verzuimen, of aan zijnen superieuren, officier of onder-officier, uitdrukkelijk mogt weigeren, den hem aanbevolen dienst waar te nemen, of zich daartegen met woorden verzet, zal de zoodanige deswegens met arrest bij den ge weldigen provoost te water en te brood voor den tijd van acht dagen, waarvan hij de vier laatste aan de eene hand en voet zal zijn gesloten, inden vierden schakel, worden gestraft, en bovendien met een briefje van ontslag weggezonden of voor schelm uit 's Konings dienst weggejaagd worden. Zullende ook naar exigentie van zaken en omstandigheden, de delinquant kunnen gestraft worden met den dood. 6. Wanneer zulk eene opzettelijke desobedientie gebeurt in den tijd van oorlog, in eene affaire tegen den vijand, of in eene plaats, welke dadelijk belegerd of in staat van beleg gesteld is, zal de delinquant hetzij dezelve een officier, onder-officier of gemeene is, met den dood gestraft worden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 35