27 wetboek werd in 1817 door Commissarissen-Generaal voor het Indische leger van toepassing verklaard. Zooals duidelijk blijkt, zijn die artikelen gelijkluidende met de laatstaangehaalde. Na de inwerkingtreding vau het Koninklijk besluit van 13 October 1882, No. 26 zie de A.lgemeene Order voor het Indische leger van 1883, No. 13 luiden die artikelen thans 95. Elk militair, die in een affaire tegen den vijand, oi in eene plaats, welke dadelijk belegerd of berend is, uitdrukkelijk weigert, ot opzettelijk nalaat, de orders van dengenen, die boven hem gesteld is, te gehoorzamen of na te komen, zal met den dood gestraft worden, en wanneer die misdaad in andere gelegenheden wordt gepleegd, zal hij, zoo het een officier is, met cassatie, en zoo het een onderofficier of mindere militair is, met militaire gevangenisstraf van I tot 15 jaren gestraft worden, naai de omstandigheden. 96. Een officier, die in een gevecht met den vijand, of in eeue plaats, welke dadelijk belegerd is, zich slechts met woorden tegen de orders van zijn superieur verzet, zal worden gestraft met den dood of met cassatie en zoo het een onderofficier of soldaat is, zal hij in zoodanig geval met militaire gevangenisstraf van I tot 15 jaren gestraft worden, naar de omstandigheden. II. Ue ontwerper van het Reglement van 1799 was P. Wierdsma. Hij gebruikte als een der bronnen voor de samenstelling van zijn werk den Code de Brumaire of het Pransch militair strafwetboek van 1796. Opmerkelijk is het, dat daarin slechts sprake is van het crimineel vervolgen van dienstweigering in tijd van oorlog of in te genwoordigheid van den vijand. l)e uitdrukking toch ou pour tout autre service ordonné par le chef, die onmiddellijk wordt gevolgd door die en presence de Vennemi en vervolgens door et dans une affaired. w. z. in een gevecht of in eenige actie, heeft eene geheel andere beteekenis dan de uitdrukking in andere gelegenhedenvoor komende in art. 95 C. W. De uitdrukking in andere gelegenheden mag dus, zoolang omtrent de wording van ons Crimineel Wetboek geene andere, authentieke bescheiden zijn medegedeeld dan die in de werken van Mrs. Pols en Van der Hoeven gecommentarieerde, nimmer in den engen zin wor-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 38