397 ongaarne het begrip van mededaderschaphet verschil tusschen mededadermedeplichtige en begunstiger en het begrip van recidive (herhaling van misdrijf). Eene bepaalde grief mogen wij echter het D. v. O. van de niet opneming daarvan niet makenhet was wellicht met het oog op het opschrift „Opgave van punten die spe ciaal bespreking verdienen," van oordeel dat genoemde punten niet die speciale bespreking verdienden. Wij verschillen daarin alleen van meening met het D. v. O. Andere punten hebben zich in meerdere belangstelling mogen ver heugen. Zoo vinden wij als drie verschillende punten opgegeven: 1°. verzwaring en verlichting der straffen. 2°. verzwarende omstandigheden. 3°. De bij de wet aangegeven omstandigheden, die als verzwarend eene verhoogde mate van strafbaarheid bezitten. Het meest troffen ons echter in het programma de navolgende punten te weten: a. Bekendheid met alle in het Algemeen Wetboek van Strafrecht voorkomende rechtskundige definitiën. b. Het opsporen van de bedoeling des wetgevers bij sommige in het C. W. voorkomende onduidelijke artikelen. Hij, die niet geheel een vreemdeling is in het Wetboek van Straf recht, zal zeker met eenige bevreemding zich zeiven afvragen, waar in het Strafwetboek die rechtskundige definitiën te vinden zouden zijn. Zoover het ons bekend is, heeft ook onze strafwetgever op het voetspoor van de Romeinen den rechtsregel overgenomen: „omnis „definitio est periculosa et claudicans", d. i. iedere omschrijving is gevaarlijk en wankelend. Wanneer nu de wetgever in art. 297 van het Wetboek van Straf recht voor Europeanen in N. I. bepaalt dat: „Ieder, die eene hem „niet toebehoorende zaak arglistig wegneemt, is schuldig aan diefstal," dan hebben wij daarin niet eene rechtskundige definitie van diefstal te beschouwen, edoch alleen de vereischte voorwaarden van dat misdrijf te zien, welke de wet voor de strafbare handeling van diefstal vor dert, te weten: 1°. dat het voorwerp aan een ander toebehoort2°. dat de wegname van het goed geschied zij uit het bezit van een ander; 3°. dat die wegname hebbe plaats gehad arglistig d. i. met den wil

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 408