525
van transportdieren te bedienener werden dan ook 2 officieren van
het korps weggenomen en geëmploijeerd bij de gewone transporten.
Duizend koelies werden met de troepen op marsch gezonden en
verdeeld over den topographischen dienst (180), den trein (133) en
de depots der intendance en van den geneeskundigen dienstbij dezen
laatsten tak van dienst werden zij gebruikt, om de zieken en ge
wonden te dragen. (1) De anderen bleven met een luitenant te Zula,
waar zij de voorraden moesten ontschepen en de transportwagens
laden en lossen.
De koelies verrichtten hun werk met ijver, maar de verandering
van voedsel en klimaat en de vermoeienissen van den arbeid ver
minderden binnen 6 maanden het aantal werkers met één vierde;
ook moet erkend worden, dat zij, niettegenstaande hun goed gedrag,
de minderen waren van de Chineesche koelies van 1860, terwijl bo
vendien hunne organisatie gebrekkiger was. Ook de dieren werden
al dadelijk na het ontschepen zeer op de proef gesteld. Men had
geen voldoende maatregelen_genomen, om voor hunne voeding, oppas
sing en zelfs voor hunne stalling te zorgen, zoodat op een hoeveel
heid van 41,723 dieren, voor den transportdienst ontvangen, en be
staande uit olifanten, kameelen, muilezels, ossen en ezels, de helft
stierf, en de overigen gedurende dien veldtocht van 6 maanden voor
een groot gedeelte onbruikbaar werden. (2)
Lord Napier had ook voor deze expeditie een korps inboorlingen
als werkers aangevraagd, om den troepen andere vermoeienissen dan
die veroorzaakt door marschen en gevechten te besparen. Dit korps
werd opgericht te Bombayhet bestond uit 3 Europeesche officieren,
5 Europeesche inspecteurs en 1224 minderen, waaronder 176 Chineezen
waren, en de overigen inboorlingen uit Britsch-Indië met eenige
Portugeezen. Het loon bedroeg 10 a 35 roepies per maand; de
Chineezen waren de hoogst bezoldigden.
(1) Bij de Engelsehe expeditiën zijn twee soorten van draagbaren voor zieken en
gekwetsten in gebruik: de dhandy en de dhoolyde eerste voor 4, de tweede voor 6
dragers, waarvan 2 in reserve.
(2) De luitenant-kolonel Shervinton geeft op als dieren die werkelijk in gebruik
zijn geweest: 45 olifanten, 7,417 kameelen, 12,920 muildieren, 5,894 draagossen, 1,139
trekossen, 827 ezels, totaal 28,242 {Journal of the Royal TJnited Service Institution
jaarg. 1881, blz. 170).