548
De Koloniale Verslagen loopen van en met het jaar 1849. Noch
in de overzichten der uitkomsten van den geneeskundigen dienst bij
de landmacht op Java en Madoera, noch in die bevattende die
uitkomsten op de bezittingen buiten Java en Madoera, wordt beri-beri
tot en met 1860 genoemd. Voor het eerst geschiedde dit in 1861.
In dat jaar werden behandeld op Java en Madoera 18 Inlanders,
waarvan 2 overleden. In 1862 werden verpleegd op Java en Madoera
13 Europeanen en 70 Inlanders, waarvan 8 Inlanders overledenop
de buitenbezittingen 11 Europeanen en 11 Inlanders, waarvan 5
Europeanen overleden. In 1863 worden opgegeven op Java en Ma
doera 76 lijders, nl. 20 Europeanen en 56 Inlanders, waarvan 3
Inlanders overleden en op de buitenbezittingen geene. In 1864 wordt
melding gemaakt op Java en Madoera van 36 lijders, nl. 5 Europeanen
en 31 Inlanders, waarvan 2 Inlanders stierven, terwijl op de buiten
bezittingen weder van geene lijders aan beri-beri wordt melding ge
maakt.
De uitkomsten van 1865 tot 1884 worden gevonden in de voor
gaande opgave, de laatste 9 jaren voor Java en Madoera, Atjeh en
onderhoorigheden en de buitenbezittingen ieder afzonderlijk. Uit die
opgave blijkt dat in 1865 over 't geheele leger, sterk aan onderoffi
cieren en manschappen 26371 hoofden, werden behandeld 17 beri-beri
lijders, waarvan geene overleden, terwijl het aantal lijders in 1884, op
eene legersterkte aan onderofficieren en minderen van 29276, was geste
gen tot -5338 lijders, waarvan 235 overleden. En zeer zeker zal
1885 ons nog met verontrustender cijfers verrassen. Ten minste
mag dit ondersteld worden wanneer men afgaat op de bedroe
vende berichten over het toenemen der ziekte te Atjeh, zelfs
onder de Europeanen. In 1873 op Java en Madoera te zamen
met Atjeh 408, en in 1875, weder op Java en Madoera te zamen
met Atjeh 776 lijders, waarvan in die jaren respectievelijk 23 en 24
overleden; in 1884 daarentegen alleen op Java en Madoera 1977
lijders, van welke 70 overleden en te Atjeh 1472 lijders, van welke
132 overleden. In 1874 in de buitenbezittingen 368 lijders, van welke
19 overleden, in 1884 in die bezittingen 1889 lijders, van welke 33
overleden. In 1880 het getal wegens beri-beri voor den militairen
dienst afgekeurden 103 Inlandsche militairen of 0,68 °/0 der
