562
standpunt, zonder ander doel dan pensioen halen als kapitein zegt
hij, maar in stilte hoopt hij den majoorsrang nog wel te halen,
waarom hij niet even goed als zooveel anderen die officier ver
schilt slechts in rang van den onderofficier. Is het noodig het dag
programma weer te geven, dat de traagheid en lusteloosheid van zoo-
velen dekt? Komt-het niet vrij wel hierop neer: Opstaan om naai
de oefening te gaan; tot 11 a 11^ uur in de kazerne wegens de
morgendiensten. JNa afloop „en club een bittertje tot rijsttafel,
't Namiddagdutje tot den aanvang van den namiddagdienst, die tot
5^ uur duurt. Nu de duisternis afgewacht om een uurtje te wan
delen tot paidtijd. Om 8 a 8£ uur avondeten, waarna, als er niet te
fuiven valt, het bed wacht. Waar een leemte ontstaan mocht, vult
de garnizoensdienst die zorgvuldig aan. Wordt een half uur aan
lectuur gewijd, dan is het om de chronique scandaleuse van een
plaatselijk blad te genieten of een tot smaakbedervens toegekruiden
roman te verslinden. Inderdaad veel vrije tijd schiet daarbij niet
over, maar dat programma moge strooken met de begrippen van
hen, die er zich door dekken, 't verautwoordt niemand!
Denkt niet dat ik een zedenpreeker ben, die u uwe genoegens
misgunt. Dan zou ik u aanstonds verbazen door de bewering dat
gij li niet genoeg amuseert. Denkt ook niet dat ik u de schuld van al
les geef. Ofschoon uwe schuld, kameraden, veel grooter is dan gij
weten wilt, zijt gij hier evenzeer slachtoffer als dader. De fout schuilt
in die wanverhouding van roepiug en werkkring en die fout demo
raliseert reeds jaren. Adles is wederkeerig, gij veroordeelt de chefs
en de chefs maken u precies zooals zij zijn. Waar gij het programma
betreurt, bewijst gij u tot iets beters geroepen te gevoelen.
Ik heb mij vaak gevraagd, als ik bij iemand een onopengesneden
jaargang van het een of ander militair tijdschrift in handen kreeg:
Waarom abonneert de man zich op een werk dat hij toch niet leest?
't Antwoord is, geloof ik, dit: Als gij de inteekeningslijst krijgt, zegt
uw beter ik, dat gij lezen moet. Maar later behoudt uwe traagheid
weer de overhand, wanneer de index geen artikel met knaleffect be
looft. Leest! dat is niet opensnijden en doorbladeren, maar opnemen,
verteren. Velen weten het nog: zoodra men tot de overtuiging
komt, niet meer tot de achterlijken te behooren, wordt het lezen van