3
GEDETACHEERD.
bij het 9e bat., de kap. A. W. K. Ter Beek;
bij het 12e bat., de le It. J. M. R. Laceulle;
bij hot 16e bat., de kap. H. Krull
bij het 3e dep. bat., de le It. H. Spruit;
bij het 4e dep. bat., de raaj. H. Haaksma en de 2e lts. L. Marcal en
W. Kramers.
Genie.
Bij den staf van het wapen te Magelang, de 2e It. G. F. Steinbuch.
Militaire Administratie.
Bij het hosp. te Batavia, de 2e lt.-kwm. T. J. A. Molenaar
bij het gew. mag. v. kleeding te Batavia, de 2e lt.-kwm. J. Van der
Linde
bij het gew. mag. v. kleeding te Soerabaija, de 2e lt.-kwm. M. D.
Van Vuuren.
Geneeskundige Dienst.
Bij den geneesk. dienst van de W.-afd. van Borneo, de off. v. gez. le
kl. Dr. J. R. H. Van Son en de off. v. gez. 2e kl. J. F. Plet.
ONTHEVEN.
Artillerie.
Eervol van zijne functiën als adjudant van Z. M. den Koning in ge
wonen dienst, de kol. E. W. A. Geij van Pittius.
HERSTELD.
Infanterie.
In activiteit, de le It. D J. Ruitenbach.
Infanterie.
Voor den tijd van vijf jaren:
bij het leger in Nederland, de le It. G. A. Gennet en
bij het leger in Ned.-lndië, de le It. J. H. E. Wilmar;
bij het 3e veldeskadron te Batavia, de le lts. J. L. Koster en J. A.
P. Grevers;
bij het le veldeskadron te Salatiga, de le It. D. La Feber;
bij het 2e veldeskadron te Salatiga, de le It. J. W. Stoutjesdijk
bij de 5e comp. artillerie te Salatiga, de kap. J. B. Van Heutz en de
le It. N. Ten Broek.
Artillerie.
Bij het 9e bat. inf., de' le It. F. C. Granpré Molière.
BETUIGD.
Infanterie.
De bijzondere tevredenheid der Regeering aam den lt.-kol. H. K. F.
Van Teijn, en zulks voor de buitengewone plichtsbetrachting en den
onverdroten ijver, door hem aan den dag gelegd gedurende zijne toevoe
ging aan den Civ. en Mil. Gouv. van Atjeh en Ond., in 't bijzonder in de
jaren 1884 en 1885.