- 85
Spectator 1873, biz. 133 e. v.: Bijdrage tot de kennis van de sa
menstelling en aanvulling v. d. Grener. Staf in de Europ. legers).
Juist hetgeen ik zoo gaarne bij ons aangenomen zou zien, al meen
ik daartoe langs meer vertrouwbaren weg te kunnen komen.
Het programma moet zoo ingericht zijn, dat wie inderdaad
roeping heeft tot krijgsschoolstudie met minder bezwaar tegen de
studie opziet, terwijl, wie deze roeping mist, zulks terstond inziet.
Wat is de roeping der krijgsschool? In de Herinneringen van
de Belgische omwenteling van 1830 (1), betoogt generaal Knoop:
„Aan een zoogenaamd geleerd officier heeft men niet veeldoor
„ondervinding kan men een zeer goed uitvoerder van bevelen wor-
„den, doch wie zelfstandig optreden moet, zonder opleiding, zonder
„gewoonte te lezen en te denken, zonder algemeene kennis, moet
„ieder oogenblik stooten op zaken, waar zijn verstand voor stilstaat,
„op zwarigheden, die hem in de uiterste verwarring brengen." De
krijgsschool moet den a. s. stafofficier of troepenleider door alge
meene kennis tot een man van zelfvertrouwen maken en tevens hem,
die, met meer dan gewonen aanleg begaafd, een vak tot zijne bij
zondere studie wil maken, gelegenheid schenken zijne kennis te
ontwikkelen in harmonie met de eischen der andere vakken (zooals
dit reeds voor de intendance geschiedt). Waar het wetenschap geldt,
moet der wetenschap recht wedervaren en de krijgsschool is eene
wetenschappelijke inrichting, die geest aan ervaring huwt. Daarom moet
het examen tot de krijgsschool in de eerste plaats onderzoeken, hoe
het met de rede, het verstand van den adspirant gesteld is.
Daartoe moet hem gelegenheid gegeven worden te redeneeren, ziju
verstandsgaven ten toon te spreiden, gezonde denkbeelden geen
geleerdheden te ontwikkelen. Daartoe dus niet een drietal ant
woorden, die op zich zelf staande punten van ondergeschikt belang
behandelen, maar meeningen, gevolgtrekkingen, stellingen.
Alvorens eenen graad te verwerven, alvorens zelfstandigheid te
verkrijgen, wordt door elke wetenschap geëischt het verdedigen van
stellingen, in ons land o. a. bovendien het samenstellen van een
proefschrift. Zou onze wetenschap nu niet evenveel mogen vorderen,
na ettelijke jaren practijk, van hen die uitmunten willen En zullen
(1) Tijdspiegel, Dec. 1884.