272
het Indisch Militair Tijdschrift, voor den druk gereed te maken.
De le luitenant der infanterie C. F. H. Campen was een dier offi
cieren, zooals men er zeker gaarne velen aan het Indisch leger zal
toewenschen. Te velde een onversaagd aanvoerder en voorganger
zijner troepen de eervolle melding, die hij zich, nog geen jaar
officier zijnde, verwierf en de Militaire Willemsorde, die hemeenigen
tijd later zoo welverdiend ten deel viel, zijn daarvan, de bewijzen
was hij bovendien op wetenschappelijk gebied bij voortduring ijve
rig werkzaam. Het Koninklijk Instituut voor de Taal-, Land-en Vol
kenkunde, het Bataviaasch Genootschap en het Indisch Militair Tijd
schrift namen verschillende artikelen van zijne hand op. In zijne
militaire geschriften kenmerkte hij zich steeds door een diepe keunis
van de inwendige huishouding van het leger, gepaard aan eene vurige
belangstelling in het lot van den soldaat. Het was dan ook eene
uitmuntende keuze van het Departement van Oorlog, hem bij het
korps Pupillen als opvoeder werkzaam te stellen. Zoo iemand, dan
was Campen de man, om door voorbeeld en leering, aankomende
jongelingen tot soldaat te vormen en hun die liefde voor hun stand
in te boezemen, die hij zelf in zoo hooge mate bezat.
Te vroeg, helaas! werd hij aan zijn nuttigen werkkring en aan
het leger, waarvan hij een sieraad was, ontnomen. Door de hand
van een ellendigen moordenaar getroffen, bezweek hij den 23en Januari
jl. onder hevige smarten aan de gevolgen der hem toegebrachte
wonde.
Wij hopen dat zijn laatste arbeid, ontstaan uit de diepgevoelde
overtuiging van de dringende noodzakelijkheid om de Indische infan
terie beter vertrouwd te maken met het gebruik van hare hier nog
zulk eene groote rol spelende bajonet, dienstbaar zal kunnen zijn aan
de oefening van dat wapen, dat hij zoo met hart en ziel liefhad. (1)
Red.
(1) De uitgevers van dit tijdschrift hebben het voornemen zijn arbeid, ten voor-
deele zijner nagelaten betrekkingen, afzonderlijk verkrijgbaar te stellen.