411 „boek geldt evenzeer voor de militairen, die in tijd van vrede zonder „verlof opzettelijk acht dagen en langer van kun garnizoen of korps „afwezig blijven"; Hij voegt er nog bij „Dat de ongeoorloofde verwijdering in Denemarken gedurende drie dagen, in Frankrijk gedurende zes dagen, of indien de man nog geen drie maanden in dienst is, gedurende eene maand, in Duitschland gedurende zeven dagen, in België en Zweden gedurende acht dagen, in Engeland zelfs gedurende een-en-twintig dagen en kortere termijnen, niet als desertie, ter disciplinaire bestraffing aan den commandeerenden Officier is overgelaten en dat het Nederlandsehe volk zich toch niet zoozeer door bandeloosheid kenmerkt, dat het noodig mag worden geoordeeld, bij uitzondering onze gewillige, eenvoudige miliciens aan de gestrenge straffen, op de desertie gesteld, te onderwerpen, indien zij zich slechts één uur van hun korps of garnizoen verwijderd hebben." De navolging van het heroieke middel, in Indië ter ontduiking der onpractische wet toegepast, om een geheel eiland als één garnizoen te beschouwen, schijnt men in Nederland niet te wenschen. Geheel Nederland één garnizoen, 't klinkt ook vreemd. Toch is het garnizoen Java nog 4 maal grooter. De icaarde der Inlandsche troepen in Britsch-Indië. De Army and Navy Gazette verneemt uit Indië, dat alle vreemde offi cieren die de jongste groote manoeuvres bij Delhi bijwoonden, het zwakke punt opmerkten van het Inlandsche gedeelte van het leger het bespot telijk klein aantal Europeesehe officieren, daarbij per regiment ingedeeld. Zonder uitzondering lieten zij zich daarover in afkeurenden zin uit, de vertegenwoordiger van het Duitsche leger zelfs in zeer onomwonden taal. Als voorbeeld van de weinige vertrouwbaarheid dier Inlandsche troepen zinspeelt de A. and N. Gaz. op eenige feiten, die in Birma zouden zijn voor gevallen en die het gevaar aantoonen om het leger, dat met de bevre diging van dat land is belast, uit dergelijke troepen te doen bestaan. In dat opzicht zijn onze Amboineesche en Inlandsche compagnieën dus in heel wat beter conditie.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 422