119 om den arm droegen en de drie afdeelingen Batavia, Semarang en Soerabaja allen begonnen met N„. 1. De koelies, die naar het binnenland waren opgerukt, werden daarenboven daar aangehouden en niet teruggezonden, waardoor het niet mogelijk was, om eene behoorlijke controle over hen uit te oefenen. Door den onder-intendant der expeditie werd het groote gebrek aan koelies hoofdzakelijk toegeschreven aan de wijze van indeelin°- ofschoon hij ook het getal van 1000 koelies veel te gering noemt. Yolgens den luitenant-beheerder moest het gebrek aan koelies evenwel meer bepaald worden toegeschreven aan do minder goede indeeling en het niet behoorlijk terugzenden dergenen, die naar het binnenland waren opgerukt, om welke reden, nadat hij zich herhaal delijk had beklaagd, door den kolonel Yan Baaien, zoodra deze op 14 April het opperbevel had aanvaard, aan den Legercommandant werd getelegrapheerd, dat er gebrek aan koelies was. De kolonel verklaarde, dat ook zijne persoonlijke ondervinding hem geleerd had, dat eene vermeerdering der koelies dringend noodig was. In eene belangrijke nota over dit onderwerp van den onder-in tendant der expeditie komt aangaande de dwangarbeiders, onder meer, het volgende voor: „Het indeelen en detacheeren van een vast aantal koelies bij de „korpsen en diensten heeft ongetwijfeld zijne voordoeion, doch is „alleen dan mogelijk, indien de hoeveelheid koelies, aan do expe ditie toegevoegd, ruim voldoende is. „De hoeveelheid van 1000 koelies was veel te gering en het nadeei „daarvan werd door de vaste indeeling des te meer ondervonden. „Al dadelijk deed zich het feit voor, dat de koelies, ingedeeld bij „do barisans en het 12e bataljon infanterie, welke korpsen niet naar „den Kraton waren opgerukt, aan de algemeene werkzaamheden „waren onttrokken. Eenmaal aan een korps afgestaan, zijn zij voor „algemeene diensten verloren; behalve dat elk korpscommandant „spreekt van mijn' koelies en er een soort van eigendomsrecht op „laat gelden, zijn zij niet onder genoegzaam toezicht, om er op „gegeven oogenblikken over te beschikken. Door het kampement „verspreid, zijn ze zeer moeielijk te verzamelen, zoodat, toen reeds

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 130