„De marschen werden, zoodra zij van eenige beteekenis waren, met de uiterste moeite afgelegd, en in het heuvelterrein had men dikwijls 12 a 14 uur noodig, om 16 kilometers af te leggen. Weldra was men verplicht van de olifanten af te zien en zijne toevlucht te nemen tot koelies, die plaatselijk werden aangeworven uit de Kashgar streek, uit het land der Lushaïes en uit dat der Naga's zelf. Het artillerie transport vereischte 160 koelies; men gebruikte Kashgareezen voor het geschut en Naga's voor de munitie. Yoor elk kanon waren noodig 4 koelies, voor de affuit 6. Allen waren echter ongeschikt tot het dragen van deze lasten, hoe langzaam men ook marcheerde langs de sterke hellingen van dit hoogst moeielijk begaanbaar terrein, waar de voetpaden, die men moest volgen door nauwe ravijnen of over steile heuvels, slechts bruikbaar zijn voor de bewoners van het land." Volgens luitenant Mansel had men nimmer bij eene expeditie zooveel moeite met het transport. De ter plaatse geworven koelies waren niet gewend om te dragen aan een bamboe over de schouders. De beide Naga's, aangewezen voor het dragen eener munitiekist, hebben altijd verkozen, die om beurten op den rug te torschen in plaats van met hun beiden aan een bamboe. Dit gaf veel oponthoud, daar eene dergelijke kist, die 37 KG. woog, te zwaar was om op die wijze op den duur te worden gedragenbovendien had men nog het nadeel dat dekking tegen den regen minder goed mogelijk was en het water dikwijls tusschen het deksel en de kist drong. Veldtochten in Afghanistan (18791880) Gedurende de beide veldtochten in Afghanistan in 1879 en 1880 had het transport gedeeltelijk mét bespannen wagens, maar gewoon lijk met lastdieren plaats, welke het land in groot getal oplevert olifanten, kameelen, ossen, muildieren,'ezels en poneys. In deze veld tochten werden geen dragers gebruikt, maar daarentegen is het getal dieren, dat er verslonden werd, verbazend groot. De luit-kolonel Shervinton schat het getal kameelen, dat verloren ging, op 40,000; vermoeienissen en gebrek aan voedsel waren de voornaamste oorzaken dezer slachting. Hij maakt in het bijzonder mel ding van 5000 kameelen, die buiten dienst gesteld werden door rugwon-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 14