5 Gedurende de expeditie van 1879 zorgden de verbonden Turk- meensche stammen voor de noodige kameelenbovendien zond men van Bakoe over zee 1500 arabas of tweeradige wagens, alsmede muildieren. In de expeditie van 1880, welke eindigde met de inname van Géok-Tépé, verzamelde de generaal Skobeleff voor den transportdienst 21,000 kameelen en organiseerde bovendien een trein van 120 telega's voor 4 paarden, welke ongeveer 100 ton gewicht konden vervoeren. De Zoeloe-Oorlog in 1879. Tegen het einde van Juni 1879, toen Lord Wolseley te Pieterma- ritzburg in Natal kwam, om de leiding der operatiën tegen de Zoe loes op zich te nemen, beval hij onmiddellijk een korps dragers op te richten. Tot op dat oogenblik had de transportdienst bijna uitslui tend plaats gehad met ossenkarren. 2000 man van de grenswachters van Natal, die vroeger de waadbare plaatsen van de Tugela moesten bewaken, werden ontwapend, en de majoor Schwabe aangewezen, om hen in dragers-korpsen te organiseeren. Het korps bestond uit den commandant, die onder de rechtstreeksche bevelen stond van den inspecteur-generaal der communicatie-lijnen en der operatie-basis (generaal-majoor Clifford), met wien hij per telegraaf voortdurend in verbinding stond, 3 troepenofficieren, 3 officieren van het koloniale kader, die als tolken dienst deden, 20 Indunas of In- landsche onderofficieren (dorpshoofden) en 2,000 dragers. Het loon bedroeg f 30 per maand voor de Indunas, 18 voor de dra gers; ieder man ontving bovendien een rantsoen van 0.45 KG. meel, een weinig zout, en 0,675 KG. versch vleesch. De officieren van het koloniale kader hadden f 12 dagelijksche in demniteit; de andere officieren werden betaald als adjuncten van den staf, en de commandant als sous-chef van den' staf. De organisatie en de leiding van het korps waren geheel onafhan kelijk van de intendance. De commandant ontving de aanvragen van de intendance en liet ze uitvoeren door de officieren van het korps en hun dragers. De commandant liet een kleine colonne marcheeren van Port-Durnford door Saiut-Paul naar Ulundi, dat genomen was door lord Chelmsford. De ossen, paarden en muilezels, die tot dien tijd alleen gebruikt waren

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 16