166 Bij het nagaan van genoemd dienst-tableau valt op te merken 1°. Yiermaal 's weeks worde uitgerukt, namelijk op Maandag, Dinsdag, Donderdag en Vrijdag, telkens des morgens ten 6uur. In die viermaal uitrukken wordt volgens het tableau van de paarden van de Veldbatterij totaal 8!/2 en van de muildieren en paarden van de Bergbatterij totaal 9 uur dienst per week gevergd, aannemende althans dat het in het tableau niet aangegeven uur van tehuiskomst op Vrijdag 10 uur zij. Slechts van de paarden vau de stukscommandanten en trompetters wordt l'/a uur meer dienst gevergd; Woensdagmiddags toch is voor kader en trompetters onderwijs in de rijkunst voorgeschreven. In de werkelijkheid is liet totaal aantal uren dat de paarden en muildieren uitrukken een weinig grooter dan het tableau aangeeft op Maandag, Dinsdag en Donderdag toch komen de batterijen gewoon lijk later thuis dan het tableau bepaalt; als gemiddelde zal men dan ook mogen stellen, dat het aantal werkuren per week 10,5, en alzoo gemiddeld per etmaal 11 bedraagt. Dat dergelijke oefening voldoende zij, vermeen ik te mogen betwij felen; mij dunkt dat paarden en muildieren, waarvan jaar in, jaar uit, zoo weinig gevorderd wordt, het zullen afleggen in tijd van oor log, waarbij wellicht dagen achtereen het afleggen van aanzienlijke afstanden kan gevergd worden. Bovendien komt nog de verdeeling van den arbeid mij minder gewenscht voor; van Vrijdagmorgen 10 uur tot Maandagmorgen 6'/, uur alzoo gedurende bijna drie et malen staan paarden en muildieren stilslechts bij de 3e compagnie trof ik een regeling aan, waarbij de grootste rust twee dagen bedroeg. Hierin verandering te brengen, behoefde niet moeilijk te zijn als principe neme men slechts aan dat op eiken werkdag worde uitgerukt. Het stalschrobben dat tweemaal per week na het morgenpansement plaats heeft, kan zeer goed na het middagpansement geschiedenmen zorge verder slechts voor den Zaterdagmorgen stukrijderschool voor de veldbatterij en wandelrijden voor de muildierbergbatterij voor te schrijven, opdat de kanonniers beschikbaar blijven tot het schoon maken van kazernes en kazerneering en het Europeesche kader en de trompetters ter goeder tijd voor het revolverschieten. 2°. Van de vier dagen, waarop wordt uitgerukt, zijn voor de veld-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 177