7 aan wie de vergunning geweigerd werd, deserteerden grootendeels doch gelukkig kon men hen vervangen door Zoeloes, op de plaats geworven, en toen de vrede waarschijnlijk was, verminderde men het korps op een duizendtal mannen. Daar er toen een voldoend aantal Zoeloes was, kon men na 8 dienstmaanden de mannen van Natal wegzenden. De jonge Zoeloes waren zeer gesteld op het rantsoen en de deken, die de dragers kregen, doch geen hunner verbond zich zonder de toestemming van het hoofd van zijn stam. De Zoeloesche dragers, evenals die van Natal, waren in stammen verdeeld onder com mando van Indunas. Men hield dagelijks appèl; de dragers hadden een merk (uitgesneden in tinnen doozen) en een nummerde Indunas waren verantwoordelijk voor hunne lieden. Men kon opmerken dat de Indunas van Zoeloeland meer invloed op hun mannen hadden dan. die van Natal, en hen meer straften. De Zoeloes deserteerden soms, zooals altijd gebeurt met plaatselijk geworven lieden, hetzij om de plundering hunner hutten te voorkomen, of om dieren te stelen of hunne vrouwen weer te zien. Daarentegen was de gezondheidstoestand altijd voldoende. Ook kon men aan gene zijde van Saint-Paul, evenals men het aan deze zijde gedaan had, een geregel- den dragersdienst organiseeren, die goed werkte tot het begin van September, het tijdstip waarop het korps werd ontbonden. Volgens majoor Schwabe kunnen de Kaffers van Natal en Zoe loeland groote afstanden afleggen zonder vermoeid te schijnen. Zij dragen gemakkelijk 22.5 KGL, gedurende een marsch van 19 KM. en komen op een goeden weg onbelast terugals de weg slecht is, wordt de marsch gebracht op 13 KM.; wanneer zij "niet terug behoeven te komen, kan men étapes maken van 24 a 26 KM.; bij uitzondering is men gegaan tot 56 KM. Wanneer de vrachten zwaarder waren dan 22 a 27 KGr., liet men ze dragen door 2 mannen aan een stok, waarvan de uiteinden op hunne schouders rustten hiervan waren de dragers echter zeer afkeerig en zij verkozen de zware vracht om beurten op het hoofd te torschen, liever dan te dragen aan een stok.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 18