- 191
den, dan heeft het terrein den vorm van een driehoek; de schijven
staan langs ééne zijde van den driehoek en de schutters langs een
der andere zijden.
Kogelvangers zijn niet verplichtend, mits men kunne beschikken
over het geheele terrein tot 1370 M. achter de schijven. Worden
kogelvangers gemaakt, dan worden zij ingericht voor de opstelling
van twéé schijven. Ter voorkoming van vergissingen zijn groote,
helder geschilderde cijfers of letters boven de schijven aangebracht.
De banen moeten evenals in Ilusland steeds, of althans zooveel
mogelijk, in do richting Noord-Zuid liggen en de schijven aan den
Noordkant geplaatst worden, ten einde bij het schieten geen last van
de zon te hebben.
De schijven zijn van ijzerde waarnemingspost ligt er onmiddel
lijk naast (PI. II, fig. 18) of is er vóór ingegraven. In het eerste
geval bestaat hij uit een gebouwtje van ijzer met een raam van dik
glas om de schijf te kunnen zienin den zijwand is verder een
sleuf tot doorlating van den aanwijsstok. De ingegraven waarne
mingspost (PI. II, fig. 19) is in hoofdzaak ingericht, zooals in Oostenrijk
tot bescherming van het personeel tegen terugslaande kogelsplinters
wordt de ingraving met een houten deksel gesloten, waarin een
opening gelaten is, gedeeltelijk met dik glas en gedeeltelijk met een
ijzeren klep gesloten; de klep wordt geopend tot het aanwijzen der
schoten met den aanwijsstok. Deze is bij het schijfje aan het uit
einde voorzien van een kleinen kwast, om daarmede te gelijk met het aan
wijzen de getroffen plaats te verven.
Tot het vermijden van ongelukken door het opstuiten van kogels
worden op verschillende punten dwars over de baan houten of ijzeren
schermen opgesteld. Deze hebben in het midden een gleuf om de
kogels, welke de goede directie hebben, door te laten, terwijl de
andere worden tegengehouden. Het terrein onmiddellijk vóór de
schijven en schermen wordt omgeploegd tot het opvangen van aan
geslagen en teruggeslagen kogels.
In Denemarken (1) bestaat de waarnemingspost uit niets anders
(1) Als voren.