248
eenmaal verworven geschiktheid als zoodanig, die toch altijd de grond
slag voor de tactische bruikbaarheid van den troep blijft, te onder
houden.
Er moet dus meer geschoten worden, d. w. z. het aantal patronen,
dat gemiddeld per man in de individueele oefeningen verschoten
wordt, moet belangrijk grooter worden dan het nu ishoever men
daarmee gaan moet, is moeielijk te zeggen, maar overdreven zal men
den eisch niet mogen noemen dat elk recruut, alvorens als afgericht
te worden beschouwd, minstens 50 en elk afgericht soldaat jaarlijks
gemiddeld 85 of 90 patronen naar de schijf verschieten moet.
Hoe nu daartoe te geraken?
Tot een volledige beantwoording van deze vraag dient in de eerste
plaats in het oog gehouden te worden de mogelijkheid, dat in de
toekomst de schietoefeningen van de scherpschutters niet meer zooals
nu bataljonsgewijze onder leiding van een officier, maar bij de com
pagnieën plaats zullen hebben, aangezien het thans gevolgde stelsel
bepaald afkeuring verdient en op tactische gronden de compagnies
commandant belast moet zijn met en verantwoordelijk is voor het
geheele onderricht van al zijn personeel; het aantal manschappen,
waarmede de compagnie uitrukt, wordt dus daardoor grooter.
Houdt men verder rekening met de omstandigheid dat het bepaald
afkeuring verdient, de maand Februari bij het schietseizoen te rekenen,
aangezien die maand voor de overgroote meerderheid van de garni
zoenen in het hevigste van den westmoesson valt, de oefeningen
zoowel door de weersgesteldheid als den toestand van het terrein
in die maand niet weinig belemmerd worden en dat dus op haar
voor de schietoefeningen niet wel mag worden gerekend, dan zal
het duidelijk zijn dat aan een vermeerdering van bet aantal oefenings-
dagen moeielijk kan worden gedacht, want al zou daartoe voor het
oogenblik gelegenheid gevonden kunnen worden in de verzwakte groote
garnizoenen, dan zou dit toch vermoedelijk wel niet meer het geval
zijn, indien die garnizoenen, wat toch zoo geheel onmogelijk niet is,
weer op de normale sterkte werden gebracht.
Tot bereiking van het aangegeven doel schiet er dus niets anders
over, en dit is ook de eenige ware weg, dan de diensten buiten de
schietoefeningen zoodanig te regelen dat de compagnieën voor die