251 dien aard; de duinen vormen daar een natuurlijken kogelvanger, de waarnemingspost is onmiddellijk voor de schijven geheel ingegraven en met metselwerk bekleed het personeel in dien post is volkomen veilig en een groot aantal banen met geringe tusschenruimten maken het mogelijk, veel manschappen te gelijk te laten schieten, zoodat de oefeningen spoedig kunnen afgeloopen zijn. Op het schietterrein van het korps Koninklijke scherpschutters van Rotterdam is een schijfinrichting in gebruik, ontworpen door den len luit.-adjudant van dat korps J. H. Wulffers en door dien officier beschreven in N°. 12 van den Militairen Spectator van 1880. Dis beschrijving luidt, als volgt: In een raam A B C D, PL II, fig. 20,21 en 22 zijn geplaatst twee schij ven Sa en Sb. Deze schijven zijn samengesteld uit een vierkant, gevormd door latten, ter breedte van 15 cM. en bespannen met linnen, waarop het schijfbeeld is aangebracht. Elke schijf rust op twee houten pooten HH en wordt in verticalen stand gehouden door aan de achterzijde van de schijf met keepklossen bevestigde geleilatten I I, welke zich bewegen langs de lijn A C tussehen houten geleiders T. In de pooten zijn gegoten ijzeren schijven van 12 cM. ingelaten, draaiende om vaste ijzeren pennen. Deze schijven bewegen met hun uirgeholden rand over halfronde ijzeren loopers of rails RR van 2 cM. Tussehen en ter zijde van de loopers, die op een houten legger zijn bevestigd, zijn aangebracht geleiders, eveneens van hout, die de pooten van de schijf verhinderen, de hun aangewezen baan te verlaten. Aldus ingericht, bewegen zich de schijven gemakkelijk over de loopers en blijft nog slechts de vraag op te lossen, op welke wijze men deêchij- ven onderling van plaats kan doen verwisselen, zonder den man in den waarnemingspost te nopen, zijn gedekten stand te verlaten. Daartoe strekt de volgende inrichting: Aan de buitenzjjde van den stijl AB, dien men zich als volkomen gedekt door den waarnemingspost heeft voor te stellen, loopt in een vast één sehijfblok M van 12 cM. middellijn, een halfduims koord of treklijn, dat aan beide zijtien van dat blok neerdaalt tot aan den voet van den stijl, ongeveer 35 cM. boven den houten legger, waarop de ijzeren loo pers zijn bevestigd. Geleid door de katrollen N van 6 cM. middellijn, gevat elk in een klos L, gaat het eene einde van de treklijn naar den rechterpoot van de schijf Sa en het andere eind naar den rechterpoot

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 262