264
Uit het overzicht van de verschillende voorschriften in den aan
vang van dit opstel gegeven blijkt, dat in Frankrijk, Engeland,
Duitschland, Oostenrijk en in Noord-Amerika de waarnemingsposten
uitsluitend of bij voorkeur in den grond vlak vóór de schijf worden
gemaakten wèl opmerkelijk is het dat men in Duitschland, waar der
gelijke inrichtingen vroeger niet bestonden, daartoe eerst in den
laatsten tijd is overgegaan, wat wel als een bewijs mag worden
beschouwd dat men de daaraan verbonden voordeelen van genoeg
gewicht acht, om de onkosten te rechtvaardigen.
Inderdaad wordt dan ook in de ingegraven waarnemingsposten
een afdoende oplossing der bestaande moeilijkheden gevonden; bij
voldoende diepte toch kan het zich daarin bevindende personeel niet
in het gezicht komen en is dus bij het gebruik- van houten of bam
boe schijframen volkomen veilig, terwijl het tijdsverloop tusschen
twéé opvolgende schoten tot een minimum wordt herleid, men aan
geen tusschenruimten voor de verschillende banen gebonden is, dus
op een grooter aantal banen dan tegenwoordig kan worden geschoten
en ten slotte met het oog op een en ander het toezicht zeer wordt
vereenvoudigd en desvereischt ook onderofficieren daarvoor kunnen
worden aangewezen.
Het beste wordt natuurlijk daarbij aan de verschillende eischen
voldaan door het gebruik van metselwerk en het geheel overdekken
van de ingraving zooals ook hier en daar plaats vindt (PI. I, flg. 8, 9 en
10 en PI. II, fig. 19); het spreekt echter van zelf dat zulk een inrichting
alsdan zeer duur wordt en derhalve in dien vorm niet voor algemeene
invoering in aanmerking kan komen.
De voordeelen, met een waarnemingspost in den grond beoogd,
kunnen uit den aard der zaak nog worden vermeerderd door een schijfin
richting, welke toelaat onmiddellijk na elk schot de getroffen schijf
door een andere te vervangendit doel wordt op zeer vernuf
tige wijze bereikt door de z. g. trek- (PI. II, fig. 16) en draai-
(Pl. II, fig. 17) schijven. Hoe eenvoudig deze inrichtingen echter
ook zijn, er zijn weer uitgaven aan verbonden, ongerekend die van
den waarnemingspost; een draaischijf b. v. kost ongeveer f 30, een
trekschijf zeker veel meer.
Bovendien is het de vraag of die inrichtingen wel zullen voldoen,