- 281
geschikt geoordeeld werden voor den hoogeren rang, plotseling die
geschiktheid verliezen
Ditzelfde is natuurlijk ook van toepassing op de officieren, die
voor herstel van gezondheid met buitenlandsch verlof vertrekken
en aan wie behoud van aanspraak op bevordering is toegekend.
Maar hierbij komt nog, dat in dit geval volgens mijne meening de
aanspraak op bevordering niet had mogen toegekend worden.
De uitdrukking toch „volkomen geschiktheid voor den hoogeren rcmg'''
sluit ook in zich pliysieke geschiktheiden die kan men iemand,
die wegens ziekte een buitenlandsch verlof noodig heeft, zeker niet
toekennen. Die officieren zijn dan ook feitelijk tijdelijk phgsiek on
geschikt en mogen derhalve niet in de voordrachten voor bevordering
worden opgenomen.
Met het oog hierop komt het mij dan ook gewenscht voor nimmer
aanspraak op behoud van bevordering toe te kennen aan de offi
cieren, die, om welke reden ook, een buitenlandsch verlof aanvragen.
In het belang van de krijgstucht en ook met het oog op de bil
lijkheid zoude echter daarbij eene andere bepaling in het leven
moeten geroepen worden. Er zoude nl. bepaald moeten worden,
dat de officieren, die, wegens ziekte of krachtens het hun toegekende
recht, na een tienjarig of langer verblijf in Indië met buitenlandsch
verlof vertrekken, niet in de voordrachten voor bevordering worden
opgenomen, doch na hun terugkeer in Nederlandsch-Indië bij voor
komende vacatures en bij. eene gunstige beoordeeling voor bevorde
ring worden voorgedragen met rappel van anciënneteit.
Door deze regeling zouden vele voordeelen verkregen worden.
Kunstmiddelen tot verkrijging van een verlof wegens ziekte
zouden niet meer behoeven te baat genomen worden.
Het Legerbestuur kan beoordeelen, of de van verlof teruggekeerde
personen nog de geschiktheid voor den hoogeren rang bezitten.
De verloven zullen niet zonder noodzakelijkheid verlengd worden.
De promotie zal geregelder zijn, daar nu dikwijls in de hoogere
rangen, waarin slechts weinig vacatures voorkomen, door terugkeer
van verlof geheele stilstand ontstaat.
De schatkist zal er wel bij varen, daar niet zooveel officieren in
hooge rangen geruimen tijd op non-activiteit gesteld zullen worden,