- 326
Niet alleen bewezen de paarden uitstekende diensten voor de
aanvulling der magazijnen en het overbrengen van allerlei soort van
goederen, doch ook bij het onderhoud der wegen door het aanvoe
ren van zand en grint. Zoowel bij de intendance als bij den genie-
dieust, werden zij ook gebezigd om te trekken; de karren, die men
daarbij gebruikte, konden tot 250 KG. laden.
Herhaaldelijk is te Atjeh overwogen, om bij de ageerende colonnes,
in stede van koelies, pikolpaarden mede te voeren, met het oog op
hun belangrijk grooter draagvermogen. Steeds echter is daarvan
afgezien om de volgende geldige redenen
1. de dikwerf moerassige terreinen zijn voor pikolpaarden moeielijk
te passeeren;
2. het verlies van een pikolpaard kan het verlies van 4 koelie
vrachten veroorzaken
3. bij gevechten moet voor de bewaking van pikolpaarden sterker
dekking worden afgezonderd dan voor koelies, die ook sneller uit
den weg zijn te brengen dan een troep pikolpaarden
4. bij het opslaan van een bivak is veel partij te trekken van de
koelies, terwijl daarentegen voor de paarden dan nog gras moet
worden gesneden
5. Een troep paarden neemt bij een bivak een grooter ruimte in
en kan bij alarmeeringen door losrakenschrikken, enz. veel eerder
verwarring en verlies veroorzaken dan een afdeeling koelies.
In het laatst van het jaar 1879 waren te Atjeh nog aanwezig 232
paarden, waarvan 30 ziek. Zij werden echter na dien tijd niet
meer aangevuld. In 1880 bewezen zij nog belangrijke diensten, doch
toen, volgens het nieuwe contract met de firma De Lange en Co., de
aannemer, te beginnen met 1881, de vivres op de posten moest leveren
en bovendien een contract gesloten was voor het transport van militaire
goederen, werd voorgesteld de paardenkraal langzamerhand op te heffen.
Het onderhoud der paarden was tamelijk kostbaar.
Elk paard kwam te staan op f 270 's jaars, waaronder gere
kend zijn de onkosten voor de dwangarbeiders, die met de verpleging
belast waren (ruim 100). De gezamenlijke onkosten waren te hoog,
om de paarden aan te houden, uitsluitend voor mogelijke expeditiën
buiten de postenlinie. Behalve 16 paarden, die aan de genie werden