342
observeerde en liefst gediend had bij alle depotbataljons. Ik kan
alleen oordeelen over de recruten, die bij het lste depotba
taljon opgeleid worden, dat zijn Europeesche en Javaansche, en zal
dan ook slechts deze bespreken.
De Europeesche recruten, die tegenwoordig naar Nederlandsch-
Indië komen, hoewel niet dat geheel vormende ongeveer homogene
individuën zooals dat wenschelijk zoude zijn, zijn echter over het alge
meen geschikt om tot goede soldaten opgeleid te worden. Weliswaar
loopt de leeftijd nog al uiteen, zijn sommigen jonge krachtige mannen,
terwijl anderen een ondermijnd lichaam hebben, maar tegenwoordig is
het gehalte zooveel beter dan vroeger, dat men dat althans voldoende
kan achten.
Geheel anders is dit met de Javaansche recruten. Deze laten in
alle opzichten veel te wenschen over en voldoen niet aan de eischen
die men, vooral met het oog op physiek, aan toekomstige infan
teristen moet stellen.
In de laatste jaren studeeren faculteit en buitenleden in de oorzaken
van beri beri. De een schrijft het toe aan te veel vet, een ander
aan gebrek daaraanweer een ander aan gebrek aan vruchten en
versche groenteneen vierde aan gezouten vischeen Xde aan
gebrek aan ventilatie en de laatste aan overmaat daarvan.
Ik schrijf de oorzaak gedeeltelijk toe aan gebrek aan zorg
voor de recruteering. Ik doe dit niet, omdat ik bevoegd ben
ook te oordeelen, maar ik oordeel op gezag van geneesheeren.
Dr. Timmerman zegt in zijne „Handleiding voor gezondheidsleer":
„Ieder militair, om het even bij welk wapen hij wordt ingedeeld
„en onverschillig of hij vrijwillig of gedwongen in dienst treedt,
„moet eene gezonde, sterke lichaamsgesteldheid bezitten, zoodat hij
„in staat kan worden geacht, eiken vreemden invloed, die meer be
paaldelijk en onvermijdelijk aan zijne nieuwe loopbaan verbonden
„is, genoegzaam weerstand te kunnen bieden". Ali Cohen bespreekt
deze aangelegenheid ongeveer in dezelfde termen en voegt er bij
„wijkt men van dien regel af, dan verkrijgt men een leger, maar
„op papier; de stamboeken zijn gevuld, maar de getalsterkte der
„korpsen is onvolledig en de hospitalen zijn overvuld."
Er gaan tegenwoordig vele stemmen op tot uitbreiding van het