voor twee maanden), vervangt, overeenkomstig de bevelen van den opperbevelhebber, eene dageljjksche verstrekking van kinawijn, van af den 20™ December, het voor de gezondheid verstrekte ration rhum. 21 December. Spionnenberichten hebben de aanwezigheid gemeld van 1500 a 1600 Chineezen rondom Tuyen-Quan. Ton einde zich van de juistheid dier inlichting te overtuigen, laat de postcommandant in den morgen van den 21sten eene offensieve verkenning maken, die hij naar Dong-Yen zendt, den weg op van Phu-an-Binh. Deze verkenning bestaat uit eene compagnie van het vreemdenlegioen een kanon van 4 pond. (voorzien van 40 schoten) 30 Tonkinsche tirailleurs en een detachement ambulance, onder bevel van den kapitein Cattelin van het vreemdenlegioen. Deze officier heeft de opdracht de Chineesche voorposten terug te werpen, die volgens de verkregene inlichtingen bij het dorp Dong- Yen en in de naburige boschjes opgesteld zijn, zich vervolgens naar den tegenovergestelden zoom dier boschjes te begeven en vandaar de hoofdstelling van den vijand eens te verkennen, hetzij door middel van patrouilles, hetzij met behulp van het kanon. De verkenning zal aan gene zijde van Dong-Yen een gedeelte, ter sterkte van een peloton, moeten achterlaten. Ten zeven ure des morgens vertrekt de verkenning in do richting^ die haar is aangewezen. De mist is zeer dicht en de kapitein Cattelin doet zjjn detachement op 500 M. van Dong-Yen halt houden, tot de mist wat opgetrokken is. Om half tien verdwijnt de mistde kapitein Cattelin bemerkt toen twee schansen links van en achter Dong-Yen; hij kiest ze als punt om op aan te marcheeren, terwijl hij Dong-Yen op zijnen rechtervleugel laat liggen. Ingevolge de ontvangene bevelen doet hij een peloton stelling nemen aan den rand van een boschje en met de rest formeert hij drie sterke patrouilles, die op hetzelfde front voorwaarts trekken, de 420

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 431