- 421 richting volgende van den weg van Phu-an-Binh, die zeer dicht langs de schansen loopt. Na 5 a 600 M. afgelegd te hebben, stoot de rij patrouilles op eene kleine Chineesche wacht, die onmid dellijk de vlucht neemt. Die kleine wacht wordt nagezet, maar na eenige passen gedaan te hebben, worden de patrouilles ontvangen door een hevig vuur, komende uit eene loopgraaf, die den weg verspert op ongeveer 200 M. van de plaats, waar de kleine wacht was opgesteld. In een paar sprongen bereikt de opgeloste linie patrouilles de verschansing en jaagt er de verdedigers met de bajonet uit. De Chineezen be proeven nog een tegenaanval, om hunne dooden en gewonden te halen, maar zij worden door de salvo's van het vreemdenlegioen teruggeslagen. Op dat oogenblik zagen de aanvallers hunne flank bedreigd door het vuur uit een der schansen. De Tónkinsche tirailleurs, die op den rechtervleugel der manschappen van het vreemdenlegioen marchee- ren nemen stelling tegenover die schansen en jagen er door hun vuur de verdedigers uit. Om de aanvallende linie te steunen, heeft de kapitein Cattelin eene der twee sectiën van de reserve voorwaarts doen rukken, welke reserve zich toen op 400 M. van de ver schansing bevond. De vijand had al vluchtende zijne krachten doen kennende kapitein Cattelin schat dat er in de loopgraaf en de schansen ongeveer 500 Chineezen waren. Het doel der onderneming was dus in zooverre bereikt; het signaal voor den terugtocht wordt gegeven het oogenblik was bovendien gunstig, want de vijand vluchtte langs den weg naar Phu-an-Binh. Het vuur gedurende dit gevecht was vrij levendig geweestde hevigheid van het geweervuur, waarbij zich de schoten van het kanon van 4 pond voegden, die den terugtocht van de aanvals- linie beschermden, had, met het oog op het gezochte doel, goede resultaten. Alle Chineezen, die zich rond de plaats opgesteld hadden, kwamen uit hunne kampementen en van boven uit de citadel zagen wij hen onder onze oogen zich in linie formeeren; hunne groepen bedekten de vlakte op ongeveer 4 KM. van ons fort en er waren er zeker meer dan 1000. Die geheele menigte bewoog zich in de richting van Yla, om zich

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 432