488 viermansvrachten werden medegegeven, zag men zich dikwijls genood zaakt, die door twee man te laten dragen, natuurlijk ten nadeele van de dragers en van de snelheid van beweging. Zulk een bamboe draagstok voor een tweemansvracht is ongeveer 2,30 M. lang en weegt 2,30 KG. voor ieder drager dus 1,15 KG. De meeste vrachten worden aan den draagstok het ge makkelijkst bevestigd door middel van twee stroppen van rottan of van gegalvaniseerd ijzerdraad. Deze laatste zijn te verkiezen boven de eerste, daar zij altijd geschikt zijn voor het gebruik en nimmer breken. Rottan daarentegen barst en knapt af, indien het uitge droogd is. Bovendien zal bij eene overzeesche expeditie de rottan, die eenigen tijd in het ruim van een schip is opgeborgen, eerst weder goed bruikbaar zijn, na in het water te hebben gelegen. (1) Behalve de kleeding, die de drager aan heeft, bestaat zijne uit rusting te velde uit: een eetketel, ledig wegende 0,90 KG., een sprei, wegende 1,00 een sarong 0,25 te zamen 2,15 KG. Iiierbjj voegende het gewicht van één strop en van de helft van den draagstok, dan wordt de totale zwaarte zijner uitrusting 3,50 KG. Aan deze uitrusting zou nog moeten worden toegevoegd een veld- flesch en een gollok of kleine hakbijl. Een veldflesch, zooals door de troepen gebruikt wordt, van 0,50 L. inhoud, weegt gevuld 1,10 KG., terwijl het gewicht van een gollok met houten scheede op 0,60 KG. kan worden gesteld. Daardoor zou het gewicht der uitrusting tot 5,20 KG. stijgen. Rekenende, zooals hierboven werd aangegeven, dat de belasting van een drager niet meer mag zijn dan 20 tot 21 KG. en bij het vervoer onder gunstige omstandigheden 25 KG.,dan vindt men dat de tweemansvrachten, gedragen door (1) Het zou overweging verdienen, om bij het uitrusten eener expeditie aan eiken koelie een strop te verstrekken van gegalvaniseerd ijzerdraad van 3,2 mM. dikte. Zulk een strop van 2,60 M. lengte, weegt 0,20 KG. en kost, volgens de prijslijst der goederen bij de genie in bewaring, f 0,03. Ieder koelie zou dien strop steeds bij zich moeten hebben, hetzij om het middel gewonden, hetzij in gebruik. Er zou dan nimmer ge brek kunnen zijn aan een voldoend aantal goede stroppen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 449