451 Gij wilt het stalschrobben des namiddags doen plaats hebben, en dus de paarden den ganschen avond en nacht in den natten stal laten staan. Ik denk, dat de paardenarts van het garnizoen, dit vernemende, zich spoedig bij uwen korpscommandant zoude vervoe gen met allerlei schrikbeelden van rheumatiek, verstijving, vroegtijdige versletenheid en op terugkeer tot het oude regime aandringen zou. Zooals ik reeds boven zeideworden bij de batterijen hier éénmaal per week-op Donderdag de stallen geschrobt. Maandags namid dag worden de stalplanken uitgenomen, en de standplaatsen droog uit geveegd. De ondervinding heeft geleerd, dat èn paarden èn stal aan ééne grondige ablutie per week genoeg hebben. Tot mijne bevreemding meen ik uit het door u geschrevene te moeten ontwaren, dat de paarden der divisie niet naar het bad gaan. Wordt dat bij u dan niet als een gezondheidsmaatregel beschouwd? De paarden der batterijen te Banjoe Biroe worden elke week één maal gebaad, en nimmer hebben zich aldaar daartegen stemmen verhe ven, noch van de zijde der officieren, noch van die van den paardenarts. Het komt mij voor, dat, als het bad voor de gezondheid der paar den wenschelijk is, zulks in het warme klimaat van Batavia nog meer het geval moet zijn dan in het zooveel koelere te Banjoe Biroe. Het volgens uwe meening te gering aantal werkuren per week van paarden en muildieren doet u vreezen, dat die dieren „het zullen afleggen in tijd van oorlog, waarbij wellicht dagen achtereen het af leggen van aanzienlijke afstanden kan gevergd worden." Ik wil niet gaan onderzoeken, of het maken van een grooter aantal marschen niet voor de paarden te vermoeiend zoude zijn, zij er niet te spoedig versleten door zouden geraken. Maar behoeft men hier zoo angst vallig aan oorlogstoestanden te denken? Wordt te velde in Indië zooveel gemarcheerd? Ik geloof dat de geschiedenis der veldtochten hierop een ontkennend antwoord geeft. Ga eens eenige der meest bekende na. Bijv. die van den Generaal Pel, welke steeds geroemd wordt als eene met voortvarendheid doorgezette onderneming Wan neer gij het afgelegde aantal palen deelt door het aantal dagen, waarop al vechtende gemarcheerd werdzult gij tot betrekkelijk kleine getallen komen. Ik meen zelfs te mogen aannemen, dat het

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 462