464 -
In zijn werk „Untersuchungen iiber die Organisationen dei' Heere"
acht Rtistow één luitenant per compagnie voldoende, en de Heer De
Meester stelt dit op twee voor de compagnie in het Nederlandsche leger,
zoolang de persoonlijke dienstplicht niet is ingevoerd. Daar in ons
leger de compagnie vaak als zelfstandig onderdeel op moet treden, stel
ik voor tivee luitenants, doch waar het de depotbat0ns geldt, is een
luitenant voldoende. Bij de Amboineesche compagnieën kunnen
wellicht onder-luitenants van dien landaard aangesteld worden. Over
eenkomstig voornoemde indeeling zou dan de compagnie in vier
pelotons verdeeld worden zie hierover: I. M. T. 12° Jrg. blz. 162.
Bij het depotbat011 worde de luitenant de rechterhand van den
compagniescommandant. Het veel omvattende der taak van den
laatste maakt het noodzakelijk, hem een vertrouwd helper en plaats
vervanger te geven. De diensten, die de luitenants er thans ver
richten, kunnen dan ten eenen male aan geroutineerde onder-luitenants
toevertrouwd worden.
Per bataljon en per garnizoen, dat. minstens drie compagnieën
telt, is een luitenant of een onder-luitenant voor speciale diensten,
welke gekozen wordt uit de tijdelijk of ook uit de blijvend voor den
velddienst ongeschikten.
Uit het hier gezegde blijkt reeds welk gedeelte der dienstver
richtingen den onder-luitenant toegedacht is. In het algemeen dat
waarbij slechts routine-beleid vereischt wordt Anti-examen-man,
als ik ben, zou ik het examen programma van den Heer De M. voor
Indië niet willen uitbreiden, zooals X. Dat programma is inderdaad
niet moeilijk en toch kan het hier nog verlicht worden, mits een
proeftijd van één jaar het anderzijds verzwaart. Dring ik er straks
op aan den officier te verplichten aan hoogere eischen te voldoen,
voor den onder-luitenant acht ik weinig kennis noodig, behalve die
door [routine en reglementen-studie te verwerven. De practijk
moet hem onderwezen hebben, door zijn verleden moet hij die be
trekking waardig zijn. Hij moet een verdienstelijk, beproefd onder
officier wezen. Dat is veel, maar weinig meer wordt ook slechts
vereischt. Ik geloof dat het examen zich moet bepalen tot hetgeen
voor den luitenantsrang van de reglementen en dienstvoorschriften
gevergd wordt, plus eenige kennis van de Maleische taalhet schrij-