516 definitief. Dat de bedongen prijzen aanvankelijk niet altijd voordeelig waren, zal niemand verwonderen; de korpscommandanten hadden daarvoor nog geen behoorlijken maatstaf; uit het menageboek toch was de mid- denprijs van een zeker artikel over een geheel jaar niet te vinden, daar in dit boek geene eenheid van maat of gewicht werd vermeld. Eerst langzamerhand kwam men beter op de hoogte en bedong men steeds voordeeliger prijzen. Te Meester Cornelis kwam hieraan echter het vorig jaar een einde, toen de welbekende Chineesche groothandelaar Loa Po Seng (1), die het contract voor de Mil. School had aangenomen, ook de levering van het lle bataljon en het le depotbataljon in handen kreeg en dus geheel meester van het terrein werd. Deze wilde van geene prijs vermindering weten, hoewel daartoe, met het oog op de tegenwoordig dalende prijzen der levensbehoeften ten gevolge der mindere welvaart van den Inlander, meer dan vroeger reden bestond. De Mil. School hernieuw de daarom op 1 October jl. het contract niet. Ten einde na te gaan, of hij daardoor werkelijk in 't voordeel der menage handelde, deed de Di recteur dier inrichting van af dien datum steeds den passar-inkoop ver gelijken met de prijzen, die volgens contract zouden moeten zijn betaald- Het resultaat was dat gedurende de maand October door den passar-inkoop bezuinigd was eene som van f 144.00, d. i. ruim f 4.50 per dag op een inkoop van f 15. Bij het 9° bataljon te Weltevreden was reeds vroeger het contract, als niet voordeelig, verbroken. Op mijn verzoek had de korpscommandant de welwillendheid op een willekeurigen dag de ingekochte artikelen bij eene Europeesche en eene Inlandsche compagnie te doen nawegen, om te kunnen nagaan welke prijzen bij contract zouden zijn besteed. Het verschil ten voordeele van den passar-inkoop bedroeg dien dag (29 Oct- jl.) voor de Eur. compagnie f 7.44, voor de Inl. compagnie f 6.37 op in- koopen van resp. f 18.625 en f 7.77. Ik voeg hier dadelijk bij dat deze cijfers over te korten termijn loopen, om daaraan eene volstrekte waarde toe te kennenvoor de Mil. School loopeu zij over 31 dagen, voor het 9e bataljon slechts over 1 dag. De maand October het einde van den Oost-moesson is niet de duurste passarmaand; op andere tijdstippen zullen de verschillen met de contractprij zen minder, misschien zelfs somtijds in het voordeel der laatste zijn. Maar in 't algemeen kan gerust beweerd worden dat beide korpsen bij het verbreken van het contract hebben gewonnenop de menages is die invloed tot heden (1) Geen beunhaas dus.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1886 | | pagina 527