538
het aanbreken van den dag bemerkt men dat de gaten, die voor de
Zuiderface zijn gegraven, door een gemeenschapsgang vereenigd zijn
met de groote open loopgraaf.
Voortzetting van het bombardement. De vijandelijke artillerie
wordt door de onze beschoten.
Uitgevoerde arbeid: voortzetting der tegenmijngangen en inrichting
voor verdediging van de reeds bestaande verschansing halverwege
de hoogte.
20 Februari.
In den avond van den 19cn openen de Chineezen een bombardement
op de citadel, dat 45 minuten duurt.
Aan dat bombardement nemen deel de geweren tegenover de
Westerfa.ce en de aangrenzende halve facen ten Zuiden en ten Noorden,
de walbussen, de kanonnen van 4 pond en van 12 cM. en de
mortieren. Al dat geraas had waarschijnlijk ten doel te beletten, dat
men hunnen arbeid zou hoorenwant den volgenden morgen ziet
men dat er zware palissaden vóór de reeds aanwezige aan den Zuid
wester-saillant en bij det Westerbastion geplaatst zijn.
De munitie schijnt in het magazijn op den heuvel niet meer veilig;
verscheidene kleine bergplaatsen worden daarom in de gedekte ge
meenschapswegen gemaakt.
Verrichte arbeid: voortzetting der tegenmijngangen en van de
loopgraaf rondom de hoogte.
21 Februari.
In den avond van den 20en bombardeeren de Chineezen wederom de
citadel; een granaat van 4 pond doorboort den wachttoren van de
Zuiderpoort, een man van de wacht wordt daardoor licht gewond.
In den nacht van den 20cn op den 21en maakt de vijand zijne
versterking op de hoogte, die op 50 1\I. afstand het Zuidelijk ge
deelte van de We9terface beheerscht, in orde hij maakt er gedekte
schietgaten, waardoor hij binnen de citadel kan zien tot op 20 M,
achter den waldes morgens om 7 uur wordt een man van het
vreemdenlegioen, die aan de Zuiderpoort op wacht is, door eenen
kogel van die hoogte getroffen. Onze artillerie tracht die verschan
sing omver te schieten, maar dit gelukt slechts gedeeltelijk, omdat
zij van den heuvel in de citadel slecht te zien is.
O 7 1