553
bezwaar was dat men, wanneer in oorlogstijd over dit koeliekorps
voor het transportwezen moest worden beschikt, in de magazijnen en
werkplaatsen plotseliug zonder koelies zoude zijn. Nu behoeft het
geen betoog, dat voor den dienst bij die inrichtingen juist veel grijs
gesteld moet worden op geroutineerde koelies, die dus reeds eenigen
tijd daar werkzaam zijn geweest, en dat het derhalve als eene hoogst
ongunstige omstandigheid moet worden beschouwd, wanneer, bij de
voorbereiding eener expeditie, welke aan de magazijnen en werkplaatsen
steeds eene groote drukte te weeg brengt, men zich daar plotseling
door zijn koeliepersoneel verlaten ziet en met vreemde, onervaren
lieden moet werken, aangenomen dat men die aanstonds kan krijgen.
"Wat men op die manier voor het transportwezen won, zou men voor
den magazijnsdienst verliezen, zoodat op deze wijze de organisatie
van den eeuen tak van dienst geschieden zou door desorganisatie
van een anderen, hetgeen natuurlijk geene practische regeling mag
worden geheeten.
De generaal Kroesen zag dan ook van het aanvankelijk door hem
gekoesterde denkbeeld af.
Toch had, naar mijn bescheiden meening, de generaal het in beginsel
bij het rechte eind en was alleen de wijze, waarop men dat beginsel
destijds wilde ten deele ook niet anders kon uitvoeren, oorzaak,
dat van de ontworpen regeling moest worden afgezien. Het beginsel
kan onder de tegenwoordige omstandigheden op andere, en naar ik
vermeen betere wijze worden in toepassing gebracht.
Tijdens generaal Kroesen in 1870 zijn plan overwoog, was mén nog
niet vertrouwd met het denkbeeld om dwangarbeiders bij expeditiën
te gebruiken. Men hield zich toen aan de wet, die voor eiken ver
oordeelde eene bepaalde strafplaats aanwees, buiten welke hij niet mocht
worden te werk gesteld. Wij vinden dit motief o. a. nog gebezigd bij
de Pasoemah-expeditie (zie hiervoor, afl. 8.), toen de Commandant van
het Leger, ondanks het nijpend gebrek aan koelies bij de expedition-
naire troepen, geene dwangarbeiders van Java meende te mogen
zenden, omdat „de daar aanwezige dwangarbeiders niet zonder
„schending van de vonnissen, over hen uitgesproken, buiten dat eiland
„gezonden kunnen worden.
Bij de Balische expeditie in 1868 was men blijkbaar hetzelfde
1886, Dl. II. 37