3
Historisch Overzicht.
2. Algemeene voorbereidingen.
In de laatste dagen van Juni 1884 werd de mededeeling ontvangen
van de voorgenomen intrekking van de versterkingen ten Zuiden van
Lambaioe en den eerst kortelings opgetreden Eerstaanwezend
Genieofficier opgedragen, zoo spoedig mogelijk, de gegevens te ver
zamelen omtrent tijd, volgorde, enz. voor de ontruiming en opheffing
van deze versterkingen benoodigd.
Ofschoon aan deze opdracht, in verband met de opgelegde strikte
geheimhouding, zeer moeilijk was te voldoen, werd reeds op den
30en Juni door bovengenoemde autoriteit eene uitgewerkte nota in
gediend, die bij verschillende gelegenheden en door verschillende
autoriteiten werd geraadpleegd, doch niet werd gevolgd bij de uit
voering van het werk. Deze nota werd door den Gewestelijken
Militairen Commandant medegenomen naar Batavia, werwaarts ZHEG.
was opgeroepen, om de aanstaande plannen gedetailleerd te bespreken.
Het eerste bericht, dat naar aanleiding van deze bespreking den
4en Aug. werd ontvangen, bevatte de mededeeling, dat door de .Regeering
machtiging was verleend:
1 tot de oprichting van drie nieuwe versterkingen ten Oosten
van Oleh-Karang.
2°. tot den aanleg van goede bruikbare colonnewegen tusschen
Oleh-Karang en de op te richten versterkingen, tot verbinding van
de op te richten versterkingen onderling en met de aangrenzende
posten Lamjong en Lampermej door een onverharden ringweg van 6
M. breedte.
3°. tot het, openkappen eener strook van hoogstens 1000 M. breedte
vóór de nieuwe linie.
Met betrekking tot de regeling van het werk ad 2 en 3 werd
bepaald, dat deze werkzaamheden zouden worden uitgevoerd door het
personeel en ten laste van het Departement van Burgerlijke Open
bare Werken, volgens aanwijzing der Genie en met betrekking tot
de geheele uitvoering van het werkdat de Eerstaanwezend
Genieofficier de verder benoodigde inlichtingen zou inwinnen bij
den Gewestelijken Militairen Commandant, naar wiens bevelen en