- 155 op, nam stormenderhand eeuige voorgelegen werken en dekkingen en bezette de plaats. De schepen waren intusschen bezig rondom het eiland te kruisen en maakten zich van 8 vaartuigen met vluchtende Chineezen meester de hoofdmacht echter, 2500 man sterk, ontkwam gedurende den nacht. In 't geheel bedroegen de verliezen der Franschen 4 dooden en 14 gewonden; buit werden gemaakt 14 getrokken kanonnen van 10 tot 23 cM. en een groot aantal gladde vuurmonden. Makung bleef verder tot den vrede door de gelaude troepen bezet. Ten slotte zij hier, hoewel met een coup de main niet rechtstreeks in verband staande, melding gemaakt van de blokkade van Formosa, hoofdzakelijk om te doen uitkomen met welke bezwaren eene Europeesche mogendheid, die in het verre Oosten ter zee meester wil zijn, te worstelen heeft. Nadat de ondernemingen tegen Kelung en Tamsui in t begin van October 1884 niet tot het verkrijgen van een aequivalent voor de oorlogsschadeloosstelling hadden geleid, besloot Frankrijk door het sluiten van alle havens op Formosa de Chineesche Regeering in hare inkomsten te treffen en deed op 23 October de blokkade van het eiland afkondigen. Deze blokkade werd door den invallenden moeson, die de nabijheid der kust voor de schepen gevaarlijk maakte, zeer bemoeielijkt. Ook was zij, daar de oorlog nog altijd niet verklaard was, tamelijk onwerkzaam, omdat de belangen der neutrale mogendheden dienten gevolge te zeer moesten worden ontzien. Het eiland was bovendien zeer uitgestrekt en eindelijk deed men er China weinig nadeel mede, want men belette nu wel, dat het de inkomsten van Formosa tot zich trok, maar die inkomsten, die nu op het eiland zelf bleven, verzekerden de betaling der troepen aldaar, iets dat voor een Chineesck leger eeue zeer voordeelige en niet immer voorkomende omstaudigheid schijnt te zijn, zoodat dan ook de recruteering in hooge mate bevorderd werd. De blokkade was dus niet effectief. Dat zij nominaal kon gehand haafd blijven, was hoofdzakelijk een gevolg van de toegevendheid der

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1887 | | pagina 164