De Decauville-lijn van Oleh-Karang naar Roempit werd aauge- legd langs een voetpad tot aan de kampong Lamkapang en langs het tracé van den nieuwen weg tusschen die kampong en het vastgesteld emplacement. Dit terrein was zoo drassig, dat de rails op langsliggers moesten worden gelegd, welke verkregen werden uit de opgebroken spoorbaan tusschen Oleh-leh en Kota Radja, die door een trambaan was vervangen. Een moeras, het begin van de Kroëng Tjoet, werd met een noodbrug op pijlers van kruislings over elkander gestapelde oude dwarsliggers overdekt. Met het leggen der Decauville-baan naar Boekit-Karang zoude gewacht worden, totdat dit kon geschieden op de te maken aarden baan van den straatwegterwijl die naar Tjot-Iri gaandeweg de vorderingen van de aarden baan zou volgen tot aan den oostelijken kampongrandvan hier tot Tjot-Iri zelf zou èn aan den weg èn aan de Decauville-baan eerst gewerkt kunnen worden, na bezetting van die plaats. In den oostelijken kampongrand werd men telkens door vijan delijk vuur gehinderd. In verband met de vordering van den aanleg der wegen en den aanvoer der van Java te zenden houtwerken, werden opgericht: op den 29en September 1884 Roem pit, op den len November 1884 Tjot-Iri en op den 22en November 1884 Boekit-Karang. 4. Opheffing van Samalangavoorbereiding en oprichting van Kota-Pohamci. Intusschen was ook op andere plaatsen een aanvang met de noodige voorbereidingen gemaakt. Yan de zeeposten waren volgens het geheim besluit van 19 Augustus 1884 N°. 3C bestemd om te worden ingetrokken de posten Samalanga, Telok-Semawé en Melaboeh. Yan de intrekking van den laatsten post werd echter later afgezien. Op den 4en September ontving de Eerstaanwezend Genieofficier de opdracht, op te geven hoeveel kojangs ruimte benoodigd zou zijn voor de van Samalanga mede te voeren geniegooderen. Daar geen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1887 | | pagina 17