197 wat verder te doen zoude zijn, en deze raadde mij, aan den wensch der bezetting gehoor te geven en zoo mogelijk in den nacht het reduit heimelijk te verlaten. Wij deelden dit den zwaargekwetsten mede; dit waren de sergeant-geweermaker Schilling, 1 Europeesch en l Inlandsch fuselier (1), welke, daar zij niet mede konden, op ons voorstel ons beloofden, dat zoo wij waren vertrokken en de Padries zich meester van het reduit zouden willen maken, zij ons vroeger besluit zouden volbrengen en de lont in het kruit steken. Wij hadden heden het geluk om een zieken hond van den luite nant Keppel te dooden, hetwelk ons als lekkernij smaakte. Om elf uur heden avond nog weifelende het reduit te verlaten, waarom ik dien dag reeds verscheidene keeren was aangezocht, werd mij bericht dat reeds weder 1 Inlandsch sergeant met 8 man schappen was vertrokken, en dat, zoo ik nog niet kon besluiten om te vertrekken, alle Inlanders dit voorbeeld zouden volgen, daar zij zich wel wilden dood vechten, maar niet doodhongeren. Ik gelastte toen aan allen om zich van drie pakjes patronen en vuursteeuen te voorzien, vernagelde in alle stilte de stukken, en verlaat op heden het reduit met 1 officier, 8 Europ. en 19 Inlandsche onderofficieren en manschappen, behalve vrouwen en kinderen. Den 28en Februari 1841. Den gepasseerdeu nacht het reduit verlatende, waren wij nauwe lijks buiten hetzelve of door de vrees van te worden ontdekt, vlucht te elk rechts en links, zoodat ik met den luitenant Keppel, 2 Europ. sergeanten, 1 Europ. korporaal en 1 Europ. kanonnier (2) alleen bleef. Na omtrent een uur door struiken te zijn heengekropen, kon de brave Keppel, die pas zwaar ziek was geweest, niet meer en viel uitgeput ter neder, en moesten wij hem op zijn verzoek aan zijn lot overlaten, om ons zelve te redden. (1) Volgens Lange „Het Xed. O. I. Leger ter Westkust van Sumatra" do ser- geant-raajoor geweermaker J. G. Schelling', de Eur. fuselier F. Marien en de Inl. fuselier Sosmito. (2) De Eur. sergeanten C. Listmaun en A. Van Holij, de Eur. korporaal C. Hand- poorter en de Eur. kanonnier J. Looijmans.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1887 | | pagina 206