216 -
113. Met veiligheidsmaatregelen wordt afgemarcheerd tot plaat
sing eener veldwacht. De recruten ingedeeld bij de doorzoekingspa-
trouilles.
Op de plaats van bestemming gekomen, wordt de stelling door den
vijand bezet bevonden en handelt de veldwacht ingevolge 168, U
alinea.
De posten- en patrouilledienst beide worden door geoefenden
vervuld.
Leider brengt de recruten achter den dubbelpost, waar een sluip-
patrouille hare bevelen zal ontvangen en vanwaar een goed uitzicht
bestaat op het terrein, waarin de patrouille ageeren zal.
Leider bespreekt het doel der sluippatrouilles 181, al. 7).
114. Vergelijking met de taak der doorzoekingspatrouilles.
De taak der sluippatrouilles is deels gemakkelijker, deels moeielij-
ker dan die der doorzoekingspatrouilles. Zij is gemakkelijker, om
dat de sluippatrouille voortdurend op hetzelfde terrein handelt, zich
niet behoeft te bekommeren om verbinding houden met nevenpatrouil
les en niet zoo gebonden is aan tijd en marschrichting.
Hare taak is moeielrjker, omdat zij niet als de doorzoekingspa-
trouille kan rekenen op hulp van eene gesloten afdeeling in hare
onmiddellijke nabijheid.
Eigen kracht heeft zij niet dan tegenover kleinere vijandelijke pa
trouilles; op ondersteuning vap de veldwacht kan zij niet ieder oogen-
blik rekenenzij moet dus hare kracht zoeken in slimheid.
Niet openlijk handelen dus als de doorzoekingspatrouille, maar, elk
gevecht ontwijkende, al sluipende tot haar doel komen, d. i. tot de
wetenschap, dat het haar toevertrouwde terrein niets heeft wat ge
vaar oplevert voor de posten of de veldwacht (punt 2 Gedragregels
sluippatrouilles).
115. Om zich zonder geraas te kunnen bewegen, laat de patrouil
le aan de veldwacht achter, al wat hinderlijk kan wezen; geweer
en patroonzak mede 181, al. 9).
116. Is zij genoodzaakt open terrein te passeeren, dan doet zij
dit sprongsgewijze; op zoodanig terrein wordt evengoed één man als
vier man opgemerkt; eerst dus behoorlijk uitgekeken en daarna aan
eengesloten zoo snel mogelijk de open plaats gepasseerd of zich nu